Digital Video Broadcasting: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Robot: vervangen Unicode-controleteken NBSP (help mee) |
|||
Regel 51:
De bandbreedte van de Europese kabeltelevisienetwerken voor de doorgifte van signalen naar de klant loopt, afhankelijk van de kabelmaatschappij, ongeveer van 80 [[MHz]] tot 860 [[MHz]]. Deze bandbreedte kan gebruikt worden voor het transport van FM-radiosignalen, analoge ([[televisiesysteem|televisiesystemen]] B en G of een ander systeem met 625 lijnen) en digitale (DVB-C) televisiesignalen en [[Data Over Cable Service Interface Specification|EuroDOCSIS]]-signalen (voor internet en telefonie) over de kabel. Doordat de FM-radio in het gebied van 87 t/m 108 MHz wordt doorgegeven blijft voor doorgifte van DVB-C het gebied van 108 MHz t/m 862 MHz over. Hierbinnen gelden voor bepaalde frequenties echter ook beperkingen.
In een 8 MHz-kanaal, zoals overal in Europa gebruikt wordt, past een analoog televisiesignaal of een DVB-C-/EuroDOCSISsignaal met een capaciteit van 38-50
=== DVB-T ===
[[DVB-T]](errestrial) zendt uit via zendmasten op aarde. Door gebruik van digitale techniek is bij voldoende signaal de ontvangst prima. [[Ruis (televisie)|Ruis]] (sneeuw) en reflecties (dubbele beelden) komen niet meer voor. Als er te weinig signaal is, bevriest het beeld of wordt het zwart, maar door het gebruik van sterke digitale compressietechnieken kan de beeldkwaliteit lager worden dan bij DVB-S of zelfs analoge televisie. Er zijn echter ook voordelen. Het benodigde signaalniveau voor goede ontvangst ligt meer dan 20
Verder kunnen verschillende zenders op dezelfde kanalen werken, waardoor met een beperkt aantal toegewezen televisiekanalen een breed programma-aanbod mogelijk is. In de 8 MHz bandbreedte van een [[UHF kanaalindeling|UHF-kanaal]] worden 4 tot 8 televisieprogramma's gedistribueerd, samen met een aantal radioprogramma's.
Regel 86:
== Techniek ==
Het beeld van de camera wordt in de studio digitaal opgenomen. Dit levert een signaal op van 270
Veelal worden DVB-signalen nog met de oude MPEG-2-standaard uitgezonden. Dit levert [[elementaire MPEG-datastroom|elementaire MPEG-datastromen]] op. Deze worden vervolgens in MPEG-2-transportpakketjes verdeeld. Deze pakketjes hebben een vaste lengte van 184 byte. Hier worden vervolgens 4 byte aan headerinformatie opgezet, waaronder het uit 13 bits bestaande streamnummer, de PID (Packet IDentifier). Het resultaat zijn pakketjes met een grootte van 188 byte.
Regel 114:
Voor het geluid geldt iets soortgelijks. Doordat het geluid bij PAL [[frequentiemodulatie|frequentiegemoduleerd]] is en over een veel bredere frequentieband verstuurd wordt dan bijvoorbeeld een radiostation, blijft het verrassend lang goed; ook bij duidelijke ruis in het beeld. Het geluid bij DVB gaat uiteindelijk bij sterke ruis hakkelen voordat het weg valt.
Als stelregel geldt dat de gebruikte [[bitrate]] een goede maatstaf is voor de beeldkwaliteit. Met name uitzendingen met veel beeldwisselingen, ([[MTV (televisiezender)|MTV]]) hebben een hogere bitrate nodig. Gebruikelijk bij DVB-T zijn bitrates van 2,5 tot 4,5 Mb/s. Bij DVB-C worden bitrates gebruikt van 4,5
Een bitrate van 10 Mb/s is nodig voor studiokwaliteit met een resolutie van 720 bij 576 beeldpunten. Voor een uitzending met [[hdtv]]-kwaliteit met een resolutie van 1920 bij 1080 beeldpunten is ongeveer 20
=== Cryptografie ===
|