Koninklijke Sphinx: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 60:
=== 1870-1899: expansie onder Regouts zonen ===
[[Bestand:Boschstraat Maastricht, A C Verhees (1875).jpg|thumb|Arbeiders verlaten de fabriek, ca. 1875]]
Toen in 1870 zijn vier zonen mede-directeur werden, werd de naam van het bedrijf veranderd in ''Kristal-, Glas- en Aardewerkfabrieken Petrus Regout [[Vennootschap onder firma|v.o.f.]]''.<ref name=autogenerated3 /> In 1878 overleed Petrus ("Pie") Regout. Het bedrijf, dat toen ca. 2500 werknemers in dienst had en een oppervlakte van 9,8 hectare besloeg, werd door zijn zonen voortgezet onder de naam ''[[Commanditaire vennootschap|C.V.]] Kristal-, Glas- en Aardewerkfabrieken Petrus Regout & Co.'' In 1872 en 1876 wist de firma grote stukken grond aan de Maagdendries en langs de huidige Frontensingel te verwerven, deels voormalige vestinggronden, die na het opheffen van de vestingstatus (1867) waren vrijgekomen. Het fabrieksterrein werd gerationaliseerd en diverse fabriekjes en ovens moestenuit plaatsmakende voorbegintijd nieuwbouwwerden afgebroken. De gebouwen uitdie ervoor in de dezeplaats periodekwamen (Brikkenbouw, Mouleurs, Poortgebouw en Gipsfabriek) zijn grotendeels bewaard gebleven.<ref>Kruisinga/Langeweg/Minis/Mes (2000), p. 48.</ref>
 
Terwijl de zonen van Petrus I Regout vennoot waren in het moederbedrijf aan de Boschstraat, begon een nieuwe generatie Regouts zich in de jaren 1880 te roeren. In minder dan tien jaar tijd werden op de rechter Maasoever, toentertijd op [[Meerssen (gemeente)|Meerssens]] grondgebied, drie nieuwe fabrieken gesticht. Zo richtte kleinzoon [[Louis Regout (1861-1915)|Louis Regout]] (1861-1915) in 1883 een porseleinfabriek op ten noorden van [[Station Maastricht]], het tegenwoordige [[Koninklijke Mosa]]. Vijf jaar later begon zijn neef Alfred Regout (1858-1935) in hetzelfde gebied een tegelfabriek, Rema geheten, die tot 1965 zou blijven bestaan. Drie jaar later, in 1891, begon een andere neef, Frederik Regout (1858-1937), een aardewerkfabriek in het gebied De Bek in [[Limmel]], iets ten noorden van de [[Spoorbrug Maastricht|Spoorbrug]] aan de [[Maas]]. Anders dan de eerder genoemde bedrijven, produceerde deze fabriek min of meer dezelfde producten als het "moederbedrijf" en werd daarom als een concurrent gezien. In 1896, na slechts vijf jaar zelfstandig te hebben gefunctioneerd, werd de fabriek overgenomen door het moederbedrijf, waarbij waarschijnlijk een te hoge prijs werd betaald. Desalniettemin was een lokale concurrent uitgeschakeld en werd het fabrieksareaal vergroot met een gunstig gelegen terrein van ruim zes hectare.<ref name=Mes>{{aut|Wim Mes}} (2016): 'De aardewerkfabriek van Frederik Regout, 1891-1896'. In: {{aut|A. Knotter (red.)}}: ''Keramiekstad. Maastricht en de aardewerkindustrie in de negentiende en twintigste eeuw'', pp. 178-197. WBOOKS/SHCL, Maastricht. {{ISBN|9789462581296}} ([http://shcl.x-cago.com/shcl/resources/files/JB05Mes.pdf online tekst]).</ref>