Besluit-Chaptal: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
In een brief van [[9 augustus|21 thermidor]] jaar IX aan citoyen Chaptal, minister van Binnenlandse Zaken, vroeg Napoleon om drie maatregelen, waaronder: ''Een derde besluit om een commissie aan te stellen belast met het kiezen van de standbeelden en schilderijen bestemd voor de galerij van Parijs, en deze die verzonden zouden worden voor de galerijen van [[Lyon]], [[Marseille]], [[Bordeaux (stad)|Bordeaux]], [[Genève (stad)|Genève]]''<ref>Hoofdplaats van [[Léman (departement)|Léman]] van 1798 tot 1813.</ref>'', [[Nantes]], [[Rijsel]], [[Brussel (stad)|Brussel]]''<ref>Hoofdplaats van de [[Dijledepartement|Dyle]] van 1795 tot 1814.</ref>'', [[Straatsburg]], [[Nancy]], [[Dijon]], [[Toulouse (stad)|Toulouse]].'' Aan deze initiële lijst werden later nog [[Caen]], [[Rouen]], [[Rennes]] en [[Mainz]] toegevoegd.
 
Vele steden kregen aldus voor het eerst een publiek museum. Uit de collectie van het ''[[Louvre|Musée central de l'Art]]'', uitpuilend van de revolutionaire ''conquêtes artistiques'', werden vijftien loten samengesteld die elk een panorama van de Europese schilderkunst moesten bieden, een toepassing op kleine schaal van het principe van universaliteit waarop het Parijse moederhuis gebouwd was. Vervolgens werden de vijftien kavels per lottrekking toegewezen aan de uitverkoren instellingen. De naar de provincie gestuurde werken bleven eigendom van het Louvre en werden ten aanzien van Franse musea pas in 2002 gedecentraliseerd.<ref>Loi n° 2002-5 du 4 janvier 2002 relative aux musées de France (art. 13)</ref>
Vele steden kregen aldus voor het eerst een publiek museum.
 
== Huidige benamingen ==