Erfrecht (Nederland): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
Het '''Nederlandse erfrecht''' is geregeld in '''Boek 4 van het [[Burgerlijk Wetboek (Nederland)|Burgerlijk wetboek]]'''. De term die de wet daarbij hanteert is de ''erfopvolging''. Dit is één van gevallen waarbij men [[Goed (vermogensrecht)|goederen]] en [[Schuld (debet)|schulden]] verkrijgt onder [[algemene titel]]. De erfgenamen (ook erven genoemd) volgen de overledene, aangeduid als de ''erflater'', op in diens positie. Zowel zijn bezittingen als zijn schulden worden door het aanvaarden van de [[nalatenschap]] deel van het vermogen van de erfgenamen. Ook [[Legaat (erfenis)|legaten]] van de erflater creëren voor de erfgenamen schulden. (dieDeze zijn achtergesteld op de gewone schulden van de nalatenschap. en op de schulden ; eenEen legaat komt, tenzij het aan een of meer bepaalde erfgenamen of legatarissen is opgelegd, ten laste van de gezamenlijke erfgenamen.
 
Een bankrekening kan op naam gesteld worden van "de erven van ...".