Wet waardering onroerende zaken: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 159:
Het is mogelijk voor belanghebbenden om bezwaar te maken tegen de WOZ-waarde. Een belanghebbende kan bezwaar maken als hij vindt dat de WOZ-waarde van zijn onroerende zaak te hoog is vastgesteld. Dit kan onder verwijzing naar rond de waardepeildatum voor vergelijkbare woningen gerealiseerde verkoopprijzen. Het bezwaarschrift dient binnen zes weken na dagtekening van de WOZ-beschikking te worden ingediend bij de gemeente of uitvoeringsorganisatie die de beschikking heeft genomen.
 
Het bezwaar dient de naam, dagtekening van het besluit, het beschikkingsnummer en de reden van bezwaar te vermelden. Als het niet lukt om binnen de termijn van zes weken bezwaar te maken, dan is het ook mogelijk om een pro forma bezwaarschrift in te dienen. Dit is een bezwaarschrift zonder gronden, waarbij aan de gemeente verzocht wordt een nadere termijn te geven voor het indienen van de gronden van het bezwaar.
 
Het heeft geen zin om de nieuwe WOZ-waarde te vergelijken met een oudere waardevaststelling, omdat de WOZ-waarde elk jaar volledig opnieuw moet worden bepaald. Bezwaar maken omdat de WOZ-waarde tussen de vorige en de nieuwe waarde afwijkt van het gemiddelde heeft geen zin. Ook is het niet mogelijk om te verwijzen naar de algemene ontwikkeling op de woningmarkt.