Monotype Imaging: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k -/- spaties voor ref (verzoek op WP:VPB)
Regel 1:
[[Bestand:Monotype-Taster-1965.jpg|thumb|Toetsenbord van Monotype, met op de achtergrond Typograph-matrijzen]]
[[Bestand:Monotype-Gießmaschine-1965.jpg|thumb|Zetsel-gietmachine voor het gieten van tekst in letterverband]]
'''Monotype Imaging, Inc.''' is een bedrijf dat zich bezighoudt met drukken en het ontwerpen van lettertypes. Het bedrijf is verantwoordelijk voor een aantal belangrijke ontwikkelingen in de moderne druktechniek. Het bedrijf is de opvolger van '''Lanston Monotype''' in Philadelphia Amerika, en '''The Monotype Corporation Limited''' in Salfords in de United Kingdom. Deze twee bedrijven hebben in de jaren 1897 tot in de zeventiger jaren van de 20e eeuw zeer vele lettertypen ontwikkeld waaronder bijvoorbeeld de "[[Times New Roman]]" en ook veel oude lettertypen onder de aandacht gebracht, zoals belangrijke herzieningen van "[[Garamond]]", "[[Baskerville (lettertype)|Baskerville]]", "[[Bembo (lettertype)|Bembo]]", "[[Dante (lettertype)|Dante]]", "[[Pastonchi (lettertype)|Pastonchi]]" en vele anderen. Belangrijk was hierbij de invloed van typografisch adviseur [[Stanley Morison]].
 
Lanstons belangrijkste bijdrage was de ontwikkeling van de Monotype zetmachine waardoor het mogelijk werd een tekst te gieten in losse loden letters. De regels komen compleet uitgevuld van de machine. Een tekst kon indien nodig eenvoudig (en goedkoper) gecorrigeerd en aangepast worden door alleen de foute letters of tekens te verwijderen en te vervangen door de juiste losse letters. Dit in tegenstelling tot "[[Linotype]]"- of "[[Intertype]]"-zetsel, waar het zelfs voor slechts een enkele fout altijd noodzakelijk was om een gehele of zelfs meerdere regels volledig uit het zetsel te halen en te vervangen door opnieuw te gieten regels.
 
Met een pincet kunnen de letters uit de regel worden gehaald. Loswrikken en onoordeelkundig gebruik van een pincet of correctietang kan daarbij letters in het zetsel gemakkelijk beschadigen. Daarom werden deze pincetten ook wel aangeduid als ''lettermoordenaar'', een oude term, die stamt uit de tijd van het handzetten, ver voor zetselgietmachines in gebruik werden genomen.<ref>[http://www.de-proefpers.nl/graf/w/cor03.html Grafisch Handboek - Woordenlijst] (geraadpleegd op 10 mei 2016)</ref><ref>[http://www.lakenhal.nl/nl/zoeken/collectie?keywords_type=lettermoordenaar Museum De Lakenhal, Leiden - Collectie] (geraadpleegd op 10 mei 2016)</ref>
Regel 10:
 
== Monotype zetmachine ==
De Monotype werd uitgevonden door [[Tolbert Lanston]]. <ref>Richard L. Hopkins, ''Tolbert Lanston and the Monotype, The Origin Of Digital Typestetting'', University of Tampa Press, ISBN 978-1-59732-100-6 (hbk)</ref>, De eerste bruikbare Monotype-machines kwamen in 1887 in de Verenigde Staten in productie.
 
Al een paar jaar later maakt Monotype de oversteek naar Engeland. Er wordt een fabriek gestart in Salfords, nabij Londen. De productie wordt daar opgezet, eerst geheel naar Amerikaans model. Later wordt deze tak geheel zelfstandig. Lanston-Monotype neemt de markt in Noord- en Zuid-Amerika voor zijn rekening. De Engelsen bedienen de "rest" van de wereld.
Regel 18:
De ''zetsel-gietmachine'' is een automaat, die wordt bestuurd door deze ponsband. Het matrijzenraam in de ''zetsel-gietmachine'' wordt telkens in een andere stand gebracht, waarna een [[loden letter]] wordt gegoten van de matrijs, die boven de gietvorm is gebracht. De losse letters en spaties worden automatisch tot een regel samengevoegd. De dikte van de letters en spaties kunnen door een ingenieus systeem van wiggen en correctie-wiggen met een nauwkeurigheid van 2000 [[Dots per inch|dpi]] worden aangepast. Daarmee was de machine in staat perfect "uitgevulde" regels te produceren.
 
De Monotype werd vooral gebruikt voor het zetten van tekst van boeken. Zetmachines leverden een grote tijdsbesparing op in vergelijking met het handmatige [[letterzetten]]. Bovendien werd telkens nieuwe letters gegoten, zodat geen slijtage ontstond zoals bij [[handletter]]s.
 
Grotere corpsen, tot 36 punt, kon in letter-verband worden gegoten op speciaal daarvoor ingerichte "large-composition-machines". Daarnaast was er ook nog de "super-caster" of "Supra". Die machine kan losse letters gieten, in alle corpsen tot maximaal 72 punt [[Pica (typografie)|Pica]]. Verder werd deze machine ook gebruikt om spaties, cliché-wit, letter-wit of "furniture" te gieten. Alles voor hand-zetsel.
 
Voor de landen op het "continent" van Europa werden afwijkende gietvormen in [[Didot]]-maten en zelfs in [[Fournier (lettertype)|Fournier]]-maten geproduceerd, en diverse letter-hoogten, die buiten de Angelsaksische landen gebruikt worden.
 
De matrijzen voor de zetsel-gietmachine kunnen niet worden gegoten op de Supra met een Supra- of "display"-gietvorm, omdat het beeld in Supra-matrijzen minder diep is ingeslagen.
 
Weinig bekend is het feit, dat Monotype nog een aantal andere machines heeft geproduceerd, naast de "Super-Caster" was er ook de "Thompson-caster". Beide machines werden gebruikt om losse letters te gieten vooral voor de grotere corpsen.
 
Verder ontwikkelde Monotype nog vele andere machines die voor fotografisch zetsel en de offset-drukkerij gebruikt werden.
Regel 33:
Zetten en gieten gebeurt over het algemeen in verschillende ruimten. Daarbij moet worden aangetekend, dat het "zetten" of uittikken van de banden zeer veel meer tijd kostte dan het gieten zelf. Er waren bijna drie "keyboards" nodig, om ''een'' zetsel-gietmachine aan het werk te houden. Een gieter had daarbij de zorg voor twee of zelfs drie machines in vol bedrijf. Dat waren automaten, die door papier-banden gestuurd de uiteindelijke productie leverden.
 
Een zetsel-gietmachine is een lawaai-machine, waarboven de gietvorm-olie, die in het vloeibare lood druipt en daar verbrandt, nog extra bijdraagt aan een weinig arbeids-vriendelijke omgeving. Reden genoeg om te zorgen dat de gietmachines in een afgeschermde ruimte werden geplaatst. Gehoorbescherming was niet in de mode.
 
Bij storingen aan een van de machines, werd deze stil gezet, de machine-operator was in het algemeen niet toegestaan om serieuze storingen zelf te verhelpen. Daarvoor miste een productie-gieter ook de ervaring. Zeker in grote bedrijven was dit het geval. Reparatie van machines en het onderhoud van de gietvormen was het werk van de voorman of een andere specialist in het bedrijf.
 
De keyboard-operators waren bijgevolg altijd veruit in de meerderheid in een bedrijf. Dat was schoon en meer "intellectueel" getint werk, dat veel hoger gewaardeerd werd dan het "vieze" gieten.
 
==Verschillen tussen Amerika en Engeland==
Regel 49:
In de jaren 60 van de twintigste eeuw waren de machines mede geëvolueerd van [[hoogdruk]] naar vlakdruk ([[Offsetdruk|offset]]). Eerst was er de "Mono-Photo". Deze machine was volgens hetzelfde mechanische concept gebouwd als de hete-lood-machine. De matrijzen in het matrijzen-raam waren vervangen door negatieven, de gietvorm door een lenzen-systeem. Letter voor letter liet telkens een ander klein negatief een lichtbundel door en door de lenzen op een gevoelige film geprojecteerd. Deze belichtingsmachine werkte nog gedeeltelijk mechanisch en verschilde weinig met zijn voorganger. Er werden negatieven voor offset-platen mee gemaakt. Groot voordeel voor de drukkerij was dat de keyboards in functie bleven, want ook deze machine werkte met papieren ponsbanden.
 
Een groot voordeel voor de drukkerijen was, dat de keyboards net zo goed konden worden gebruikt voor de "hete" machines als de nieuwe "MonoPhoto". Het was niet nodig om in een keer volledig om te schakelen. Monotype ging echter veel te lang door op dit oude mechanische concept.
 
Latere typen werden in plaats van mechanisch, elektronisch gestuurd en de verkregen dunnere ponsband werd gelezen op een ''belichtingsmachine''.
 
Met de opkomst van de [[Offsetdruk|offset]] verdwenen langzamerhand in Europa de zetmachines uit de drukkerijen.
 
In de jaren zeventig ontwikkelde Monotype een belichtingstechniek die nog heden ten dage gebruikt wordt. Een student met een stageopdracht bij Monotype, Dr David Hedgeland, was verantwoordelijk voor de ontwikkeling van een Lasergestuurde belichtingssysteen dat via een "computer" werd aangestuurd. Het apparaat kreeg de productnaam "LaserComp". Wat toen computer heet, heet nu RIP (Raster Image Processor). Hedendaagse belichtingssystemen, voor het belichten van b.v. drukplaten (Computer to Plate), maken nog steeds gebruik van de lasertechniek die door Monotype geïntroduceerd is. RIP systeem zijn dagelijks bij iedereen in gebruik voor het aansturen van printers en belichters.
Regel 71:
In Londen is er het Type-museum, waar nog altijd het productie-archief, de punches en de "patterns" waarmee de punches worden gemaakt worden bewaard. Hier worden nog altijd matrijzen gefabriceerd.
 
De [[Stichting Lettergieten]] te Westzaan is een Nederlands museum dat vier werkende Monotypes in stand houdt.
 
Daarnaast zijn er ook vele amateur-drukkers, in de USA, en de United Kingdom, Frankrijk, Duitsland en maar ook in Nederland, die Monotype-machines in bedrijf houden. Veel grafische musea herbergen nog Monotype-zetmachines, veel daarvan staan stil, aangezien het bijzonder moeilijk is, nog de oude vaklui te vinden, die er vroeger mee gewerkt hebben.