Jazzballet: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Als Helen de Clerq nog niet eens een artikel heefft....
Label: Ongedaan maken
Regel 6:
De oorsprong van het woord ''jazzballet'' is onbekend. Waarschijnlijk stamt de benaming gewoon uit de verwarring met de originele ''jazzdance'', wat altijd al een moderne variant van klassiek ballet was. In de jaren 1970 kwam de [[Disco (muziekgenre)|disco]] op en kwam er een splitsing in de "moderne" muziek.
 
== De Geschiedenis ==
Grootmeester [[George Balanchine]] heeft verschillende [[choreografie|jazzchoreografieën]] gemaakt, waaronder Modern Jazz: Variants (1960) op muziek van [[Gunther Schuller]] en het [[Modern Jazz Quartet]]. Andere namen die voor het jazzballet van betekenis waren [[Eugene Loring]], [[Jermoe Robbins]] en [[Arthur Mitchell]]. In Nederland heeft [[Hans van Manen]] op dit terrein een naam. Hij choreografeerde zijn eerste jazzballet "Swing" in 1956 en "Feestgericht" in 1957; daarna volgen nog enkele jazzchoreografieën van deze Nederlandse eclectische choreograaf.
 
De ontwikkelingen in de jaren zestig volgden elkaar in raptemposnel op. De term jazzdance kwam meer in zwang en nieuwe choreografen en pedagogen ontwikkelden zich in die periode als belangrijke vertegenwoordigers van de moderne jazzdans. DitIn warenNederland onder meer [[Matt Mattox]], [[Luigi]], [[Vanoye Aikens]], [[Eleo Pomare]], [[Nat Horne]], [[Walter Nicks]], [[Pepsi Bethel]], [[Lou Conte]], [[Lynn Simonson]], [[Liz Williamson]], [[Alvin Mcduffy]], [[Fred Benjamin]], [[Joe Tramaine]], [[Billy Wilson]], [[René Deshauteurs]], [[Dolores Cayou]] en [[Gus Giordano]]. Ondertussen waren ermaakten twee andere persoonlijkheden diemensen zich in Nederland sterk maakten om de jazzdans van nieuwe impulsen te voorzien. Dit waren [[Helen de Clerq]] en [[Felix White]]. Hun invloed op de ontwikkeling van de jazzdans in de jaren zestig en daarna heeft vele dansers gestimuleerd en geïnspireerd. De twee zijn te beschouwen als de trendsetters en voorlopers van de daarop volgende nieuwe generatie jazzdansers, jazzdanspedagogen en choreografen.
 
In de zeventiger jaren vond er eenverdere versnelling plaats. Samen met andere nieuwe ontwikkelingen op het gebied van de dans begon er een ander klimaat en interesse te ontstaan bij een breder publiek voor jazzdans, modernedans, tapdans en theaterdans. Uiteenlopende dansers en pedagogen begonnen zich te profileren. De twee nieuwe sleutelfiguren van dat moment waren Hennie Kammerman, ex-danseres bij Helen de Clerq en [[Benjamin Feliksdal]], voormalig [[solist]] van [[Het Nationale Ballet]]. Beiden kregen van het Ministerie van Cultuur in 1973 een reisbeurs voor een intensieve jazzdansstudie in New York. Kammerman die na terugkeer in Nederland op uiteenlopende locaties lesgaf. Vanaf het seizoen 1975/1976 doceerde Henny Kammerman regelmatig een les bij Feliksdal in diens studio. Voor de "jazzdans workshop(company)" choreografeerde Kammerman het dansstuk ''Evenwicht'' op muziek van [[Pink Floyd]]. Deze vond plaats in april 1976 in het Rotterdamse theater ''[[De Lantaarn]]''. De slotconclusie van de recensent van de Volkskrant van 23 april 1976 was: "al met al bleek deze manifestatie veel meer groen dan rijp te zijn, maar het was verheugend dat gevoel voor beweging bij geen van de debutanten ontbrak" (Luuk Utrecht). Wat later ontwikkelde Kammerman in 1977 [[Jazz Extention Dance Theater]].
 
=== Ontwikkelingen in Nederland ===