Peter Singer: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k N.a.v. hernoeming/verwijdering categorie |
|||
Regel 29:
== Toegepaste ethiek ==
Singers meest omvattende werk, ''Practical Ethics'' (praktische ethiek)<ref>''Practical Ethics'', Cambridge: Cambridge University Press, 1979, ISBN 0-521-22920-0; tweede editie, 1993, ISBN 0-521-43363-0.</ref>
Naast het feit dat dit principe een verschillende behandeling van verschillende behoeftes rechtvaardigt, legitimeert het ook een verschillende behandeling van dezelfde belangen in het geval van ''diminishing marginal utility''. Met deze term, oorspronkelijk uit de [[economie]], doelt Singer op het proces waarbij men één persoon helpt, en dus zijn geluk laat stijgen, zonder dat anderen hier in gelijke mate nadeel bij hebben. Een voorbeeld hiervan is het geval waarbij een uitgehongerd persoon voorrang krijgt op een ander persoon die weliswaar ook honger heeft, maar in mindere mate.
''Practical Ethics'' is geen louter abstract en academisch werk. Singer probeert ook concrete "praktische" oplossingen te bieden voor maatschappelijke problemen. Zo bevat het ook een hoofdstuk waarin Singer pleit voor een herverdeling van de rijkdom om de absolute armoede te bestrijden (Hoofdstuk 8, ''Rich and Poor'') en vervolgens ook nog een hoofdstuk rond het probleem van [[immigratie]] en [[vluchteling]]en in de geïndustrialiseerde landen (hoofdstuk 9, ''Insiders and Outsiders'').
Ondanks dat de natuurlijke, dode omgeving geen intrinsieke waarde heeft voor een utilitarist als Singer, vormt milieuvervuiling volgens Singer wel een groot gevaar voor het bewuste leven. Daarom steunt Singer ook de [[Ecologisme|ecologisten]] en zelfs hun opvatting dat de natuur moet gezien worden als een 'werelderfgoed'.<ref>''Practical Ethics'', p. 269</ref> Bescherming van het milieu dient immers de behoeftes en noden van de levende wezens.
Regel 54:
===Singers visie op wereldarmoede===
In ''Famine, Affluence, and Morality''<ref>"[http://www.utilitarian.net/singer/by/1972----.htm Famine, Affluence, and Morality]", ''Philosophy and Public Affairs'', vol. 1, no. 3 (Spring 1972), p. 229–243.</ref> (Hongersnood, rijkdom, en de moraal), één van de bekendste essays van Singer, stelt hij dat de huidige situatie rond [[armoede]] moreel onverantwoord is: sommige mensen leven in de grootste armoede, terwijl anderen
{|cellpadding="10" cellspacing="2"
|valign="top"|
|