Rijn: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →‎Zie ook: Linkfix.
Regel 432:
 
=== Veiligheid ===
De Nederlandse rivier[[dijk (waterkering)|dijken]] moeten waterstanden kunnen weerstaan die hooguit eens per 1250 jaar kunnen voorkomen. Voor zeedijken geldt een veiligheidshoogte van eens per 10.000 jaar. Tijdens de [[hoogwater]]s van [[1995]] moesten echter uit grote gebieden in de [[Betuwe]] en andereanderhe rivierpolders in [[Gelderland]] in totaal circa 200.000 mensen worden geëvacueerd omdat de dijken onder andere bij het dorp [[Ochten]] het dreigden te begeven. Het [[debiet]] bedroeg toen ruim 12.000 m³/s.<ref>[https://web.archive.org/web/20151004002353/http://repository.tudelft.nl/assets/uuid:ab234fe3-f333-4575-b294-53466684dd49/DrukOpDijken1995.pdf Druk op de dijken 1995], Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen</ref>
 
Door de [[opwarming van de Aarde|klimaatverandering]] verwacht het [[Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut|KNMI]] echter dat de jaarlijkse [[neerslag (atmosfeer)|neerslag]] in het hele [[stroomgebied]] van de Rijn zal toenemen. Oorspronkelijk valt een groot deel van de neerslag in het stroomgebied op grotere hoogte in de winter, wanneer de zijrivieren veel water aanvoeren, en blijft dan als sneeuw liggen. Pas laat in de lente gaat dit smelten en daardoor heeft de bovenloop hoogwaters in de zomer, wanneer de zijrivieren in Duitsland juist weinig water hebben. Dit gunstige afvoerregiem is aan het veranderen door opwarming in de Alpen. Daarnaast stroomt de Rijn door een zeer dichtbevolkt gebied met een verregaande [[verstedelijking]]. Door asfalt en regenpijpen zakt de neerslag niet in de grond en komt het water sneller in de rivier terecht. Bovendien krijgt de rivier steeds minder ruimte om te overstromen naar brede uiterwaarden en in natuurgebieden met oude rivierarmen. Rijkswaterstaat verwacht daarom dat de eens-per-1250-jaar-afvoer in het jaar 2050 ongeveer 18.000 m³/s zal bedragen.