Inês de Castro: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 25:
Na de moord op Inês kwam Peter in opstand tegen zijn vader en er ontstond een burgeroorlog. Uiteindelijk werd er vrede gesloten, via bemiddeling van de aartsbisschop van [[Braga (stad)|Braga]], Dom Gonçalo Pereira.
 
De moordenaars van Inês zochten onderdak in Castilië. Twee van hen, Pêro Coelho en Álvaro Gonçalves werden na de dood van Alfons IV uitgeleverd aan Peter, die hunhen wreed liet vermoorden. De derde ontsnapte naar Aragón en later naar Frankrijk.
 
In 1357 overleed koning Alfons IV en in 1360 verklaarde Peter, zwerend op het evangelie, dat hij voor de dood van Inês met haar getrouwd was. Daarna liet hij het overschot van Inês opgraven en overbrengen naar het klooster van Santa María de Alcobaça. Daar liet hij een grafmonument maken, dat nog steeds bestaat. Het bestaat uit twee marmeren graftombes waarin de vorsten tegenover elkaar liggen. Het idee is dat op de [[Dag des oordeels]] beide vorsten overeind komend elkaar aankijken. Op het monument bevindt zich de inscriptie "''Até ao fim do mundo''" ("Tot het einde van de wereld").