Charles de Gaulle: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k stijl; link; linkfix
Regel 46:
In de [[Tweede Wereldoorlog]] kreeg De Gaulle tijdens [[Fall Gelb]], zoals de [[nazi-Duitsland|Duitsers]] hun offensief in het westen noemden, op 15 mei [[1940]] het bevel over een provisorische pantserdivisie, de 4e ''Division Cuirassée de Réserve'', waarmee hij zonder veel effect vocht tegen de Duitse invallers, die om de Maginotlinie heen waren getrokken, dwars door de volgens de Fransen ondoordringbare [[Ardennen]]. Na de oorlog werd vaak beweerd dat hij juist als enige generaal in die weken nog wat tactische successen heeft geboekt.{{Bron?||2013|04|30}} Vlak voor de totale ineenstorting werd hij bevorderd tot [[brigadegeneraal]]. Hij kreeg op 6 juni de post van onderminister voor defensie in het kabinet van premier [[Paul Reynaud]]. In die hoedanigheid nam hij deel aan de besprekingen met de Britten tijdens de laatste fases van de Duitse opmars in juni 1940. Toen bleek dat maarschalk [[Philippe Pétain|Pétain]] in juni 1940 een wapenstilstand met de Duitsers zou sluiten, stapte De Gaulle in een Brits vliegtuig en ontkwam daarmee naar [[Londen]]. Op 18 juni verklaarde hij via de Britse radio dat Frankrijk wel een slag had verloren, maar niet de oorlog en hij riep het Franse volk op de strijd tegen Duitsland voort te zetten. Het onmiddellijke resultaat daarvan was dat hij wegens [[desertie]] bij verstek ter dood werd veroordeeld door het [[Vichy-Frankrijk|Vichy-regime]], dat na de overwinning van de Duitsers door hen werd getolereerd als een [[marionettenregime]] in het zuidoostelijke deel van Frankrijk. Het staatshoofd van dit regime was de 83-jarige Pétain, zijn vroegere commandant. De Gaulle organiseerde na zijn vlucht de [[Vrije Fransen|Vrije Franse Strijdkrachten]]; het lukte hem om sommige [[Franse koloniën]] aan zijn kant te brengen. Hij kreeg ook het bestuur in [[Syrië]] en [[Libanon]] in handen, nadat de Britten deze Franse [[mandaatgebied]]en op Vichy-troepen hadden veroverd. De Gaulle had aanvankelijk grote moeite om serieus genomen te worden door de [[geallieerden (Tweede Wereldoorlog)|geallieerden]], want het Franse Vichy-regime had - bij gebrek aan beter - zowel in eigen land als daarbuiten een zekere legitimiteit, waartegenover De Gaulle niet veel anders had te stellen dan zijn vastberadenheid om de waardigheid van Frankrijk te verdedigen. Voor het oplossen van de voortdurende conflicten en ruzies met de Britse regering was zijn stafchef [[Gaston Palewski]] verantwoordelijk. De Gaulle omschreef zijn eigen positie als volgt: 'Ik kan geen concessies doen, ik ben te zwak.'
 
Terwijl de Britse premier [[Winston Churchill|Churchill]] nog een zeker respect voor de koppige Franse generaal had, wantrouwden de [[Verenigde Staten]] hem. Toen Amerikaanse en Britse legers in november 1942 Franse gebieden in [[Noord-Afrika]] binnenvielen, gaven de Amerikanen het bestuur ervan niet in handen van de leider van de Vrije Fransen, maar aan [[Henri Giraud]], een andere Franse generaal die voorheen tegen Vichy had aangeleund. De Gaulle bleek echter een behendiger politicus te zijn en over een forse aanhang te beschikken, ook in bezet Frankrijk, waar het Vichy-regime zijn restant van geloofwaardigheid had verloren toen vanaf november 1942 ook op het eigen gebied Duitse troepen gelegerd werden. In juni 1943 kwam er een compromis: De Gaulle en Giraud werden co-voorzitters van een Frans Comité van Nationale Bevrijding in [[Algiers]]. Na enkele maanden wist De Gaulle Giraud aan de kant te schuiven. Hoewel de Amerikanen De Gaulle niet wilden betrekken in de [[landing in Normandië]] op 6 juni 1944 en ze van plan waren het bevrijde Frankrijk althans voorlopig zonder hem te besturen, bleek het hele binnenlandse verzet achter De Gaulle te staan. Het Vichy-regime verdween als sneeuw voor de zon en bij zijn terugkeer in Frankrijk werd De Gaulle overal toegejuicht. De tegenstellingen tussen het [[communisme|communistische]] [[Verzet (Tweede Wereldoorlog)|verzet]] en het niet-communistische verzet leken voor even vergeten. Na een met emoties beladen intocht in [[Parijs]] vestigde hij daar op [[26 augustus]] [[1944]] zijn [[Voorlopige Regering van de Franse Republiek|voorlopige regering]], die al snel door de geallieerden werd erkend. Tot aan het einde van de oorlog had De Gaulle wrijvingen met de Amerikanen, want hij stond erop dat Frankrijk als een grote mogendheid werd behandeld en weigerde soms om bevelen van het geallieerde opperbevel op te volgen. Pas op 21 oktober 1944 werd de regering van De Gaulle, in plaats van de Vichy-regering, door de Amerikanen als vertegenwoordiger van Frankrijk erkend. De erkenning van De Gaulle door de geallieerden ging niet zo ver dat hij ook werd uitgenodigd op de conferenties van [[Conferentie van Jalta|Jalta]] (februari 1945) en [[Conferentie van Potsdam|Potsdam]] (juli 1945), waar de verdeling in invloedssferen van het naoorlogse [[Europa (werelddeel)|Europa]] werd vastgelegd. Dit zou doorwerken in De Gaulles eigenzinnige buitenlandse politiek in de jaren zestig, toen hij eens opmerkte: 'Ik heb geen boodschap aan Jalta, ik kon er niet bij zijn!'{{Bron?||2011|06|10}}
 
[[Bestand:HD-SN-99-02715.JPEG|thumb|De Gaulle spreekt een menigte toe tijdens de Tweede Wereldoorlog, 1944.]]