Ardipithecus ramidus: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 39:
 
==Levenswijze==
''Ardipithecus ramidus'' woonde in een vrij bosrijke [[habitat]] met een relatief vochtig koel klimaat.<ref>Giday WoldeGabriel, Stanley H. Ambrose, Doris Barboni, Raymonde Bonnefille, Laurent Bremond, Brian Currie5Currie, David DeGusta, William K. Hart, Alison M. Murray, Paul R. Renne, M. C. Jolly-Saad, Kathlyn M. Stewart1Stewart, Tim D. White, 2009, "The Geological, Isotopic, Botanical, Invertebrate, and Lower Vertebrate Surroundings of ''Ardipithecus ramidus''", ''Science'' '''326''': 65, 65e1–65e5</ref> Hij liep echter wel rechtop. De vrij sterk afstaande eerste teen zou een grijpende functie behouden kunnen hebben en is gezien als een aanwijzing dat het dier nog vaak in bomen klom. ''Ardipithecus ramidus'' at ook planten uit het bos maar was geen gespecialiseerde jager. De meeste fossielen uit de lagen waarin het gevonden is betreffen [[antilopen]] uit de [[Tragelaphinae]] en apen uit de [[Colobinae]].<ref>Tim D. White, Stanley H. Ambrose, Gen Suwa, Denise F. Su, David DeGusta, Raymond L. Bernor, Jean-Renaud Boisserie, Michel Brunet, Eric Delson1, Stephen Frost, Nuria Garcia, Ioannis X. Giaourtsakis, Yohannes Haile-Selassie, F. Clark Howell, Thomas Lehmann, Andossa Likius, Cesur Pehlevan, Haruo Saegusa, Gina Semprebon, Mark Teaford, Elisabeth Vrba, 2009, "Macrovertebrate Paleontology and the Pliocene Habitat of ''Ardipithecus ramidus''", ''Science'' '''326''': 67-93</ref> De dunne emaillaag op de kiezen wijst erop dat voornamelijk vruchten werden gegeten en misschien kleine diertjes.<ref>Gen Suwa, Reiko T. Kono, Scott W. Simpson, Berhane Asfaw, C. Owen Lovejoy, Tim D. White, 2009, "Paleobiological Implications of the ''Ardipithecus ramidus'' Dentition", ''Science'' '''326''', Nr. 5949: 69, 94–99</ref>
 
In 2015 concludeerde een studie dat de zwakkere hoektanden wezen op een verhoogde ouderzorg: mannetjes zouden hun energie meer in de kinderen steken dan in het onderling vechten. Dat zou geleid hebben tot minder [[seksuele dimorfie]] en meer [[pedomorfie]], het behoud van kinderlijke trekken. Dit zou een belangrijke factor geweest zijn in de evolutie van de mens, in een proces van zelfdomesticering.<ref>Clark, Gary; Henneberg, Maciej. 2015. "The life history of ''Ardipithecus ramidus'': A heterochronic model of sexual and social maturation". ''Anthropological Review''. '''78'''(2): 109-132</ref> Een vervolgstudie uit 2017 stelde dat bij ''A. ramidus'' het [[strottenhoofd]] dieper lag en de [[lordose]], de S-kromming, van de ruggegraat sterk was. Dat zou de ontwikkeling van het [[spreken]] en daarmee de [[taal]] hebben bevorderd alsmede die van het [[zingen]].<ref>Clark, Gary; Henneberg, Maciej. 2017. "''Ardipithecus ramidus'' and the evolution of language and singing: An early origin for hominin vocal capability". ''HOMO''. '''68'''(2): 101</ref>