Flavius Julius Valens: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 30:
 
==Afkomst en familie==
Valens werd in 328 geboren in Cibalae, in het zuiden van [[Pannonia (Romeinse provincie)|Pannonia]] (het huidige [[Vinkovci]] in het tegenwoordige [[Kroatië]]).<ref name="Lenski2002">{{aut|Lenski, Noel Emmanuel}}, ''Failure of empire: Valens and the Roman state in the fourth century A.D.'' [http://books.google.com/books?id=uvXo39xOV8kC&pg=PA88 zie hier], 2002, University of California Press, {{ISBN |978-0-520-23332-4}}, blz. 88</ref> Zijn vader was [[Gratianus de Oudere]], een bekende en gerespecteerde [[Illyriërs|Illyrische]] generaal. Zijn oudere broer [[Valentinianus I|Valentinianus]] was zeven jaar ouder. De jongens groeiden op op de landgoederen die hun vader in [[Africa]] en [[Britannia (Romeinse provincie)|Brittania]] had gekocht. Terwijl Valentinianus voorafgaand aan zijn benoeming tot keizer een succesvolle militaire carrière had doorlopen, was dit voor Valens niet het geval. Valens bracht een groot deel van zijn jeugd op de landgoederen van zijn familie door. In de jaren 360 ging hij in het leger. Samen met zijn broer nam hij deel aan de Perzische veldtocht van keizer [[Julianus de Afvallige]].
 
Met zijn vrouw [[Albia Domnica|Domnica]] had hij twee dochters ''Anastasia'' en ''Carosa'', alsmede een op 18 januari 366 geboren zoon en erfgenaam ''Valentinianus Galates''. Deze zoon werd in 369 tot consul benoemd, maar stierf al kort daarna.
Regel 42:
Valens erfde het oostelijk deel van een Romeins rijk dat zich onlangs had moeten terugtrekken uit de meeste van zijn provincies in [[Mesopotamië]] en [[Koninkrijk Armenië|Armenië]]. Dit als gevolg van een als smadelijk ervaren verdrag dat zijn voorganger [[Jovianus]] in ruil voor een veilige terugkeer van zijn leger had moeten sluiten met [[Shapur II]] van de [[Sassaniden|Sassanidische Rijk]]. Na de winter van 365 was de eerste prioriteit van Valens om naar het oosten af te reizen in de hoop daar de situatie onder controle te krijgen en de oostelijke rijksgrens veilig te stellen. In de herfst van 365 had hij de [[Cappadocië|Cappadocische]] stad [[Kayseri (stad)|Caesarea]] bereikt, toen hij vernam dat in Constantinopel een [[usurpator]] zich tot keizer had later uitgeroepen. Toen hij stierf had keizer Julianus de Afvallige één overlevend familielid achtergelaten, een neef van moederskant met de naam [[Procopius (usurpator)|Procopius]]. Procopius was tijdens de Perzische expeditie belast met het toezicht op een noordelijke afdeling van het leger van Julianus de Afvallige. Hij was derhalve niet aanwezig geweest toen Jovianus tot diens opvolger werd benoemd. Hoewel Jovianus deze potentiële rivaal voor de troon tijdens zijn korte keizerschap tegemoet was gekomen, raakte Procopius tijdens het eerste jaar van Valens' regeerperiode steeds meer onder verdenking.
 
Na ternauwernood aan arrestatie ontkomen te zijn, dook hij onder. Hij kwam weer boven water in Constantinopel, waar hij op 28 september 365 in staat bleek om twee militaire eenheden op doortocht door de hoofdstad te overtuigen om hem tot keizer uit te roepen. Hoewel de eerste reactie in de stad lauw lijkt te zijn geweest, steeg Procopius snel in de gunst door effectief gebruik te maken van propaganda: hij sloot de stad af van rapporten uit de buitenwereld en verspreidde het gerucht dat keizer Valentinianus zou zijn overleden; hij begon met het slaan van munten waarop hij zich liet voorstaan op zijn connecties met de [[Constantijnse dynastie]]; deze link buitte hij verder uit door het inzetten van de weduwe [[Faustina (keizerin)|Faustina]] en de dochter van [[Constantius II]] als pronkstukken voor zijn regime. Hiermee boekte hij enig succes, met name onder soldaten die loyaal waren aan de Constantijnse dynastie en onder Oosterseoosterse intellectuelen die zich onder de Valentinianen al snel vervolgd begonnen te voelen.
 
Toen het nieuws kwam dat Procopius in opstand was gekomen hem bereikte, stortte Valens in. Hij dacht erover na om [[troonsafstand|afstand van de troon te doen]] en overwoog misschien zelfs om [[zelfmoord]] te plegen. Zelfs nadat hij besloten had toch te vechten, werden Valens' inspanningen om Procopius' opstand neer te slaan, bemoeilijkt door het feit dat de meeste van zijn troepen, toen hij van de opstand vernam, de [[Amanusgebergte|Cilicischë poort]] al waren doorgetrokken op weg naar [[Syria]]. Niettemin stuurde Valens twee legioenen naar het westen om met Procopius af te rekenen. Tot Valens' frustratie slaagde Procopius er echter gemakkelijk in deze legioenen over te halen om naar hem over te lopen. Later dat jaar werd Valens zelf bijna gevangengenomen in een raid in de buurt van [[Chalcedon]]. De problemen werden nog verergerd door de weigering van [[Valentinianus I|Valentinianus]] om meer te doen dan zijn eigen grondgebied tegen de troepen van Procopius te beschermen.
Regel 59:
Ondertussen braken er problemen uit met de jonge koning Papas, die wat al te wild om zich heen begon te slaan. Hij had de Armeense [[bisschop]] [[Nerses I]] laten executeren en eiste de controle over een aantal belangrijke Romeinse steden, waaronder zelfs [[Şanlıurfa (stad)|Edessa]]. Dat was niet de bedoeling. Op aandrang van zijn generaals en vrezend dat Papas naar de Perzen zou overlopen, liet Valens een mislukte poging uitvoeren om de prins gevangen te nemen. Toen dat niet lukte liet hij hem later in Armenië executeren. In Papas plaats, voerde Valens een andere Arsacidische heerser [[Varazdat|Varasdates (Varazdat)]] ten tonele, die onder de regentschap van de ''[[sparapet]]'' [[Mushegh I Mamikonian]], een bondgenoot van Rome, in naam over Armenië heerste.
 
Niets van dit alles viel in goede aarde bij de Perzen. Zij begonnen weer aan te dringen op de naleving van het verdrag in 363. Toen alles in 375 er op wees dat een nieuwe confrontatie aan de oostgrens waarschijnlijk leek, begon Valens met de voorbereidingen voor een grote expeditie. Ondertussen ontstonden er elders problemen. In [[Isaurië|Isauria]], een bergachtige regio in westWest-[[Cilicië]], brak in 375 een belangrijke opstand uit, voor de onderdrukking waarvan troepen moesten gebruikt, die aan de Oostgrens waren gestationeerd. Verder kwamen in 377 de [[Saracenen]] onder [[Mavia (koningin)|koningin Mavia]] in opstand. Zij verwoestten een strook land die zich uitstrekte van [[Fenicië]] en [[Palestina (regio)|Palestina]] tot in de [[Sinaï (schiereiland)|Sinaï]]. Hoewel Valens erin slaagde beide opstanden onder controle te krijgen, werden de mogelijkheden om aan de oostelijke grens in actie te komen door deze opstanden sterk beperkt.
 
In 375 werd Valens' oudere broer Valentinianus in [[Pannonië]] door een [[hersenbloeding]] getroffen. Dit resulteerde op 17 november 375 in zijn dood. [[Gratianus]], de zoon van Valentinianus' en een neef van Valens, was door zijn vader al tot mede-augustus verheven. Mede omdat Gratianus bij de dood van zijn vader niet ter plaatse was, moest hij dulden dat om reden van stabiliteit de keizerlijke troepen in Pannonia zijn nog zeer jonge halfbroer [[Valentinianus II]] na de dood van zijn vader ook tot [[Augustus (titel)|Augustus]] verhieven.
 
==Gotische oorlog==
Valens' plannen voor een oostelijke campagne werden nooit gerealiseerd. Een verplaatsing van troepen naar het West-Romeinse Rijk had in 374 hiaten in Valens' mobiele troepen geslagen. Ter voorbereiding van een oostelijke oorlog initieerde Valens een ambitieus rekruteringsprogramma om deze leemtes op te vullen. Het was dus niet per se onwelkom nieuws toen Valens leerde dat de Gotische stammen rond 375 uit hun thuislanden waren verdreven door een invasie van [[Hunnen]] en dat zij nu asiel vroegen in het Romeine Rijk. In 376 verschenen de Tervingi aan de noordkant van de benedenloop van de Donau. Zij zonden een ambassadeur naar Valens die zich op dat moment in [[Antiochië (hoofdbetekenis)|Antiochië]] bevond. De Goten vroegen bescherming en land in Illyria. Naar schatting 200.000 Gotische krijgers (zowel Tervingi als Greuthungi) en in totaal ongeveer een miljoen, op de vlucht zijnde mensen bevonden zich langs de benedenloop van de Donau in [[Moesia]] en de oude Romeinse provincie [[Dacië|Dacia]].
 
Valens' adviseurs waren er snel bij om hem erop te wijzen dat deze Goten troepen konden leveren, die Valens' leger in potentie zowel kwalitatief als kwantitatief behoorlijk in kracht konden toen laten toenemen. Ook kon zo de afhankelijkheid van het lichten van provinciale troepen worden verlaagd – waardoor tevens de opbrengst van de rekruteringsbelasting zou kunnen stijgen. Onder de Goten die asiel zochten was een groep die onder leiding stond van [[Fritigern]]. Fritigern had eerder in de jaren 370 al contact met Valens gehad omdat Valens hem steunde in een strijd tegen Athanarik, die voortvloeide uit Athanariks vervolging van de Gotische [[christenen]]. Hoewel een aantal Gotische groepen blijkbaar toegang tot het Romeinse rijk vroeg, gaf Valens alleen toestemming aan Fritigern en zijn volgelingen om de Donau over te steken. Dit heeft echter niet voorkomen dat anderen Gotische groepen Fritigerns voorbeeld volgden.
Regel 104:
Net zoals de broers [[Constantius II]] en [[Constans]], hielden Valens en Valentinianus I er verschillende theologische christelijke opvattingen op na. Valens was een [[Arianisme|Ariaan]] en [[Valentinianus I]] stond voor de [[geloofsbelijdenis van Nicea]] (de basis voor het [[katholicisme]]). Toen Valens stierf liep de zaak van het Arianisme in het Oost-Romeinse Rijk echter op zijn einde. Zijn opvolger, de uit [[Hispania (Romeinen)|Hispania]] afkomstige [[Theodosius I]] onderschreef de geloofsbelijdenis van Nicea.
 
== Externe linkslink ==
* [http://www.roman-emperors.org/valens.htm {{aut|N. Lenski}}, art. Valens (364-378 A.D), in ''DIR'' (1997).]