Mossen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 224:
De mossen met verwanten en de [[vaatplanten]] verschillen op twee belangrijke punten:
# De dominante fase in de [[levenscyclus]] van een mos is de [[gametofyt]] (de 'mosplant' of [[haploïde]] fase), terwijl het bij de landplanten de [[sporofyt]] (het sporekapsel, de [[Diploïde cel|diploïde]] fase) is. Bij mossen heeft de sporofyt een betrekkelijk korte [[levensduur (plant)|levensduur]], en is bevestigd op, en voor voeding afhankelijk van de gametofyt. De sporofyt heeft een onvertakte steel, de seta, en heeft aan het uiteinde slechts een sporangium. De (meeste) varens hebben in tegenstelling daarmee op de bladeren veel sporangia.
# De mossen hebben geen [[lignine|houtstof]] in hun watergeleidend weefsel: ze hebben geen echte [[vaatbundel]]s, dit in in tegenstelling tot de [[vaatplanten]].
 
Mossen worden beschouwd als [[Plesiomorfie|primitieve]] [[Embryophyta|landplanten]], die eerder in de [[Evolutie (biologie)|evolutie]] zijn ontstaan dan de [[Monilophyta|varens en varenachtigen]] (''Monilophyta'') en de [[Lycophyta|wolfsklauwen]] (''Lycophyta''). De eerste landplanten wordt verondersteld [[levermossen]] te zijn geweest; er zijn fossielen gevonden van levermossen van 475 miljoen jaar geleden.