Ruiten: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 19:
| lon_sec = 31
}}
'''Ruiten''', vroeger ook '''De Ruiten''', Gronings ''De Ruten'' of ''De Roeten'', is een gehucht in de gemeente [[Midden-Groningen (gemeente)|Midden-Groningen]] in de provincie [[Groningen (provincie)|Groningen]]. Het ligt ten westen van [[Froombosch]] en grotendeels in het voormalige [[kerspel]] [[Slochteren (dorp)|Slochteren]]. Enkele huizen - de zogenaamde ''Hamster Ruiten'' - vielen onder [[Kolham]].
 
Bij het gehucht bevindt zich de boerderij de '''Ruitenborg'''. Deze boerderij is gebouwd op de plaats waar tot in de negentiende eeuw de [[borg (opstal)|borg]] of buitenplaats [[Ruiten|De Ruiten]] heeft gestaan. Aan de noordkant van Ruiten staat sinds 1786 de [[poldermolen]] [[De Ruiten (molen)|De Ruiten]], die via de '''Ruiten Ae''' uitwaterde op de Slochter Ae.
 
Het [[klooster Bloemhof]] bezat rond 1600 de nodige percelen hoogveen ''op de Ruethe''. Het gehucht wordt op 17e-eeuwse kaarten ook wel ''D'ruit'' genoemd. In 1598 woonde een zekere Hayco Froma ''up die Ruyt'', rond 1675 de jonker en hoofdeling Albert Eels; daarna kwam het bezit in handen van de eigenaren van de [[Fraeylemaborg]] te Slochteren. De buitenplaats met lanen, singels, grachten en eikenbos werd in 1798 te koop aangeboden, maar niet verkocht. De heer van 'De Ruiten' werd spottend wel 'Ruitenheer' genoemd.
 
De naam Ruiten is volgens Wobbe de Vries een verbastering van [[Oergermaans|Protogermaans]] ''*rûh-itha'' zijn, dat 'ruigte, struikgewas, onkruid (met name waterplanten als riet en biezen)' zou betekenen.<ref>W. de Vries, ''Groninger plaatsnamen'', Groningen 1946, p. 203.</ref> Volgens andere naamkundigen is de naam eerder te verbinden met Gronings (Nedersaksisch) ''roet, ruut'' 'onkruid'. Ook de [[Ruiten Aa]] in Westerwolde heette in 1327 ''Ruetna''.<ref>[http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/ruiten4 Etymologiebank: ruiten (geografische naam).]</ref>