Grote mogendheid: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 191.251.228.53 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Bor Komorovski
Pompidombot (overleg | bijdragen)
Regel 17:
Er zijn gedurende de geschiedenis verschillende groepen grote mogendheden geweest. Na [[1815]] werden met het '[[Concert van Europa]]' [[Frankrijk]], het [[Verenigd Koninkrijk]], [[Rusland]], [[Oostenrijk]] en [[Pruisen]] beschouwd als de vijf grote mogendheden. De eerste drie hadden koloniën buiten Europa. Oostenrijk werd beschouwd als een ''imperium'' in de vroege vorm, dat van een [[monarchie]] die meerdere koninkrijken omvatte. Pruisen was een nieuwkomer, opkomend door de [[militarisme|militaristische]] ''[[grand strategy]]'' (oorspronkelijk: stratégie générale) van [[Frederik de Grote]]. Na de eenwording van Duitsland tot het [[Duitse Keizerrijk]] in [[1871]] en de [[Italiaanse eenwording]] werden ook deze beschouwd als grote mogendheden; Duitsland als een voortzetting van Pruisen. Tegen die tijd begonnen ook de Verenigde Staten sterk op te komen door de verwerving van het beste deel van het Noord-Amerikaanse continent, de aanleg van spoorwegen en ontwikkeling van de [[Manufacturing Belt]], een door immigratie gestaag groeiende bevolking en de gestage uitbouw van de Amerikaanse marine. De [[Spaans-Amerikaanse Oorlog]] van 1898 kan gezien worden als het begin van de Verenigde Staten als grote mogendheid en het definitieve einde van het Spaanse (koloniale) rijk. Rond deze tijd werden Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk (reeds) beschouwd als mogendheden in verval.
 
Na de [[Eerste Wereldoorlog]], bij de [[Vredesconferentie van Parijs (1919)|Vredesconferentie van Parijs]], werden vier grote mogendheden erkend: het [[Britse Rijk]], de [[Verenigde Staten]], [[Frankrijk]] en [[Italië]]. De Verenigde Staten trokken zich echter al snel terug in isolationisme. De status van [[Japan]] was apart. Hoewel ze geen deel uitmaakten van de Big Four, kregen ze net als de Big Four twee stemmen. Hun positie werd benadrukt door hun [[rassengelijkheidsvoorstel]], dat een aantal kwesties aanhaalde, waaronder hun status als grote mogendheid. Hoewel dit voorstel het niet haalde, in een poging van eerst de Britten en daarna de Amerikanen om de [[Australië (land)|Australische]] ''[[White Australia Policy]]'' te verdedigen, was het succesvolle behoud van [[Shandong (provincie)|Shandong]] en de [[Trustschap van de Pacifische Eilanden|Duitse eilanden noordelijk van de evenaar in de Grote Oceaan]] een indicatie dat ze zich een positie hadden aangemeten van niet-blanke grote mogendheid.
 
Vier landen waren derhalve verdwenen uit het rijtje en hielden op grote mogendheden te zijn: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Rusland (de Sovjet-Unie) en het Ottomaanse Rijk. In al deze landen was de regering gevallen en chaos uitgebroken; bovendien werden ze buiten de vredesbesprekingen gehouden en waren Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk uiteengevallen. De Sovjet-Unie zou zich in de jaren '20 en '30 economisch en militair herstellen maar bleef diplomatiek geisoleerd. Ook Duitsland maakte onder Hitler in 1933 een kortstondig herstel door; het diplomatieke isolement werd gebroken, het leger en de economie werden hersteld, en de Volksduitsers en nazistische en fascistische partijen in het buitenland vormden een bron van soft power. In 1939 zou Duitsland zich echter met Italië en Japan in een nieuwe oorlog storten, en het verlies hiervan kostte het voorlopig de status van grote mogendheid.