John Tattersall: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 24:
 
=== Kunst ===
John Tattersall was naast econoom, fabrikant en fervent jager ook antiekliefhebber. In zijn leven heeft hij een bijzondere collectie kunst en antiek weten te verzamelen. Na zijn dood heeft er een veiling plaatsgevonden waar zo’n 200 grote meesters waaronder van Ruisdael, Israëls en van Bredael zijn geveild. In het gemeentehuis van Enschede zijn nog enkele grote ming-vazen te zien die bij de opening heeftdoor John Tattersall zijn geschonken. In het Rijksmuseum staan nog enkele grote horloges die afkomstig waren uit het kantoor van John Tattersall. Vele kunstwerken zijn de afgelopen decennia wereldwijd te bezichtigen geweest in diverse musea. Ook in museum de Twentse Welle is een grote collectie te bezichtigen, uiteenlopend van kunst tot machines, geschonken en/of in bruikleen gegeven door de familie.
[[File:Opening Raadhuis Enschede 12 aug 1933.jpg|thumb|John Tattersall bij de opening van het nieuwe stadhuis te Enschede.]]
 
=== Landgoederen ===
Het was voor de fabrikanten in die tijd erg gewoon om gronden te "verzamelen", bij voorkeur aaneengesloten landerijen die konden dienen voor de jacht. John Tattersall had diverse landerijen rond Enschede, [[Lonneker]], [[Weerselo]], [[Oldenzaal]] en [[Hengelo (Overijssel)|Hengelo]]. Het bekendste gebied is wel [[luchthaven Twente]]. Tussen 1880 en 1897 kocht John Tattersall heidegronden in de driehoek Enschede-Weerselo-Lonneker, ook wel bekend als ''De Greftenberghoek''. Dit werd vervolgens in enkele jaren "omgetoverd" tot een Engels landschapspark met oprijlanen, een jachthuis en diverse tuinen met vijverpartijen. De naam van dit landgoed werd ''’t Slöttelmös''. In de jaren 20 werd John Tattersall benaderd door toenmalig KLM-directeur en -oprichter [[Albert Plesman]] met de vraag of hij een stuk land wilde verkopen voor het aanleggen van een start en landingsbaan. Na een akkoord tussen John Tattersall en Albert Plesman werd de eerste aanleg van de luchthaven een feit. De gronden rondom de luchthaven bleven in eigendom van John Tattersall tot 1940. Na de oorlog werd slechts een klein deel van het landgoed aan de familie teruggegeven door de Nederlandse staat. Landgoed ’t Slöttelmös is nog steeds in familiebezit bij Johns achterkleinzoon Frederik Tattersall.