Dwarsgestreept spierweefsel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 8:
Bij een spier in rust zijn de myosine-bindingsplaatsen op de lichte filamenten bedekt door een draad van [[tropomyosine]]. Op deze draad zitten weer bindingsplaatsen voor [[calcium]], de zogeheten [[troponine-complexen]]. Als een spier wil samentrekken, zullen de bindingsplaatsen voor de myosinekoppen vrij moeten komen te liggen.
 
torischEen spier trekt samen onder invloed van een [[motorisch neuron]]. Een motorisch neuron laat [[acetylcholine]] los in de [[synaptische spleet]] tussen het [[neuron]] en [[spiercel]]. Dit veroorzaakt een [[actiepotentiaal]], welke door de [[T-tubuli]] (buizen door het [[sarcoplasmatisch reticulum]]) van de spiercel naar binnen gaat. Het actiepotentiaal stimuleert de afgifte van calcium door het sarcoplasmatisch reticulum. De calciumionen binden aan de troponine-complexen op de tropomyosine-draden, waardoor deze draden van de myosine-bindingsplaatsen verschuiven. De myosinekoppen kunnen nu binden, waardoor [[Spiercontractie|contractie]] (spiersamentrekking) mogelijk is. Na de contractie (als er geen actiepotentiaal meer is) gaan de calciumionen terug naar het sarcoplasmatisch reticulum, dat de ionen bewaart tot het volgende actiepotentiaal. De tropomyosinedraden gaan door het tekort aan calcium weer over de myosine-bindingsplaatsen liggen.
Een spier trekt samen onder invloed van een [[motorisch neuron]]. Een mpiemel
torisch neuron laat [[acetylcholine]] los in de [[synaptische spleet]] tussen het [[neuron]] en [[spiercel]]. Dit veroorzaakt een [[actiepotentiaal]], welke door de [[T-tubuli]] (buizen door het [[sarcoplasmatisch reticulum]]) van de spiercel naar binnen gaat. Het actiepotentiaal stimuleert de afgifte van calcium door het sarcoplasmatisch reticulum. De calciumionen binden aan de troponine-complexen op de tropomyosine-draden, waardoor deze draden van de myosine-bindingsplaatsen verschuiven. De myosinekoppen kunnen nu binden, waardoor [[Spiercontractie|contractie]] (spiersamentrekking) mogelijk is. Na de contractie (als er geen actiepotentiaal meer is) gaan de calciumionen terug naar het sarcoplasmatisch reticulum, dat de ionen bewaart tot het volgende actiepotentiaal. De tropomyosinedraden gaan door het tekort aan calcium weer over de myosine-bindingsplaatsen liggen.
 
==Literatuurverwijzingen==