Marken (Waterland): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 29:
[[Bestand:Marken2006032805.jpg|{{largethumb}}|Ophaalbrug, [[Kerkbuurt (Marken)|Kerkbuurt]]]]
[[Bestand:Paard van Marken.JPG|{{largethumb}}|De vuurtoren, het [[Paard van Marken]]]]
[[FileBestand:Bewoners van het eiland Marken worden ingeënt-520450.ogv|{{largethumb}}|Polygoonjournaal uit 1951. Het eiland Marken is geïsoleerd door ijs.]]
[[Bestand:Marken-_het_toeristen-eiland_schenkt_hooi_aan_het_rampgebied-510828.ogv|{{largethumb}}|Polygoonjournaal uit 1953. Boeren op het eiland Marken schenken een deel van hun voorraad hooi aan veehouders in het rampgebied van de Watersnoodramp.]]
'''Marken''' ([[Markers]]: ''Mereke'') is een voormalig eiland, nu een [[schiereiland]], in het [[Markermeer]] dat sinds 1957 via een dijk met het vasteland verbonden is. Het behoort tot de gemeente [[Waterland (gemeente)|Waterland]] in de [[Nederland (hoofdbetekenis)|Nederland]]se provincie [[Noord-Holland]].
 
Het was een zelfstandige gemeente tot 1991. In dat jaar werd het grondgebied bij de gemeente Waterland gevoegd.
Regel 64:
== Monumenten ==
Vrijwel geheel Marken is een [[Rijksbeschermd gezicht Marken|beschermd stadsgezicht]].
Zie ook:
* [[Lijst van rijksmonumenten in Marken]]
* [[Lijst van gemeentelijke monumenten in Marken]]
Regel 76:
 
== Geschiedenis ==
De geschreven geschiedenis van Marken begint in de 13e eeuw. Marken lag in het uiterste Oosten van Waterland, een veengebied waar het land overging in het water van de Zuiderzee. Aan die overgang van veen naar water ontleent het eiland waarschijnlijk zijn naam: Marken, of vroeger Markaland, is zeer waarschijnlijk een afgeleide van het woord ‘mark’, in de betekenis van grens. ‘Markaland’ betekent namelijk 'grensland'.
 
Maar er is ook nog een andere verklaring voor de naam.
Toen Marken nog aan het land van Noord-Holland vastzat heette het Markerhoofd, ook wel Merkenhovede. En in het Marker dialect wordt Marken als ‘Merken’ uitgesproken, wat de link naar Merkenhovede ook zou kunnen verklaren.
 
===Vroege geschiedenis===
Ver voor onze jaartelling (ca 3000-500 v.C.) bestond de plek waar het [[IJsselmeer]] nu is, uit moeras en veengronden. Het meer ontstond als gevolg van een serie overstromingen en door het afgraven van veengronden door de Friezen in West-Friesland, waarbij steeds meer land verdween dat het oorspronkelijke binnenmeer van de [[Noordzee]] en de latere [[Waddenzee]] gescheiden had gehouden. Rond het begin van onze jaartelling ontstond een rechtstreekse verbinding en werd het binnenmeer een binnenzee. Deze stond niet in open verbinding met de zee en bevatte dus nog zoet water.
 
De Romeinen (ca 57 v.C.-400 n.C.) die destijds Nederland beheersten, noemden deze binnenzee Mare Flevo of Lacus Flevo. In deze periode ontstond een groot veen- en merengebied, zo groot als het huidige Noord-Holland. Ook Waterland was een onderdeel van dit gebied. Na het vertrek van de Romeinen in de 5e eeuw werd de binnenzee "[[Almere (meer)|Het Aelmere]]" genoemd. N.B.: De naam kan verwijzen naar "paling/aal", maar het kan ook een verschrijving zijn, daar de naam later geschreven werd als Almaere, wat groot meer betekent. Pas vanaf begin 1500 gebruikte men de naam [[Zuiderzee (hoofdbetekenis)|Zuiderzee]].
 
===De ontginning===
Tijdens een iets drogere periode rond 900 na Christus kwamen de lager gelegen veengebieden in Noord-Holland voor ontginning en bewoning in aanmerking.
 
Vermoedelijk begon men de veenontginningen aan de oostkant vanaf de oevers van het Almaere via de daarop afwaterende veenriviertjes, zoals Ilp, Waterlandse Die, Leed, Purmer Ee, Middel Ee en Ooster Ee. Terwijl aan de westkant werd begonnen vanaf de al bewoonde kuststrook via Zaan, Wormer, Beemster en andere riviertjes.
 
In de 11e eeuw is ook de eigenlijke ontginning van Waterland (en Marken) begonnen. Omstreeks het jaar 1000 na Chr. was van het eiland Marken vooralsnog geen sprake. Langs veenstroompjes en op de hoogste veenbulten, begon men dorpen te stichten, waarbij het water meestal werd uitgediept. Het veengebied strekte zich aan de oostkant uit tot ver in het huidige IJsselmeer. Met de gewonnen grond werden dan de oevers opgehoogd en werden huizen gebouwd.
 
De nog altijd onregelmatige verkaveling op Marken, die we ook zien op historische kaarten, wijst op een 'vrije' ontginning van boeren die zelf het land uitkozen zodat dit als bouwland kon dienen. In de vroege middeleeuwen liep er een hoofdrivier de '[[Waterlandse Die]]', van Amsterdam naar Monnickendam. Deze waterloop heeft als ontginningsbasis gediend voor Marken. Het gebied tussen [[Monnickendam]] en de [[Uitdammer Die]] werd ontgonnen.
 
Al snel steeg de zeespiegel. Door het stijgen van de zeespiegel en stormen vonden er overstromingen plaats. Het gevolg hiervan was een afzetting van klei op de veengronden. Bij latere overstromingen sloeg het veen op veel plaatsen weg, maar waar het met een kleilaag bedekt was bleef het veen liggen.
 
Bij de drooglegging van de Zuiderzee is gebleken dat deze oorspronkelijke vorming in een relatief korte tijd is gebeurd: men denkt tussen 1200 en 1250. Het feit dat enkele eilanden bleven bestaan, was te danken aan de beschermende kleilaag die zich al op deze eilanden had afgezet.
 
Door stormen en overstromingen ging veel land verloren. Maar er ging ook veel land verloren doordat mensen zelf veen uit de grond haalden. Steeds meer land kwam lager te liggen, doordat het veen werd opgegraven. De zee nam dorpen als Ruthne, Marcnesse, Nagele, Emelwerth en Bidningahem. (Deze namen zijn nu terug te vinden in plaatsen van de provincie [[Flevoland]], evenals [[Almere (hoofdbetekenis)|Almere]], vernoemd naar het [[Almere (meer)|Almaere]]).
 
Geleidelijk aan kwam de binnenzee in open verbinding met de Noordzee te staan. Door overstromingen kreeg de binnenzee, in deze tijd "Almaere" genoemd, in de loop van de tijd een verbinding met de Noordzee. De Zuiderzee was geboren. Door deze open verbinding kreeg ook het getij, eb en vloed, vrij spel en werd het zoete water brak en later zout.
 
===Overstromingen===
Van 16 op 17 februari 1164, op de naamdag van de heilige Juliana, trof de Sint-Julianavloed (ook Jurriaansvloed genoemd) Groningen, Friesland en Noord-Duitsland. Hierbij werd grote schade aangericht. Het is de eerste schriftelijk overgeleverde stormvloed in het Noordzeekustgebied. Als zwaarste werd het kustgebied van het huidige in Nedersaksen liggende Oost-Friesland en de Landkreis Friesland getroffen. Ook de tegenwoordig in Nederland gelegen gebieden Groningen, Friesland en het toekomstige Zuiderzeegebied werden zwaar getroffen. Ook Markaland (of Markerhoofd of Merkenhovede) werd van Waterland gescheiden door de Sint-Julianavloed. Marken werd een eiland.
 
Op 1 en 2 november 1170 werden vervolgens grote stukken land weggeslagen bij een andere grote storm: de Allerheiligenvloed. De Allerheiligenvloed was een grote overstroming die ontstond toen de Noordzee tussen het huidige [[Huisduinen]] en [[Texel (hoofdbetekenis)|Texel]] door de duinenrij brak. De beek [[Marsdiep (zeegat)|Marsdiep]] kreeg een verbinding met de Noordzee en werd een zeegat. Wind en water herschiepen het veengebied ten noorden van het IJ geleidelijk in een aantal (schier)eilanden. Het Creiler Woud (of Kreilse Bos, liep ongeveer van Texel tot Enkhuizen, bekend van de jachtpartij die Floris II van Holland er in 1119 organiseerde) werd verzwolgen door de zee. Texel en Wieringen werden eilanden.
 
De overstroming markeerde een begin van het vergroten van het Almaere en het openen naar de Noordzee, zodat de Zuiderzee en de Waddenzee uiteindelijk konden ontstaan. Dat Marken niet ten prooi viel aan de oprukkende Zuiderzee, dankt het aan de monniken van het Friese klooster Mariëngaarde uit Hallum (Friesland, gemeente Ferwerderadiel).
 
===Monniken===
Begin 13e eeuw heette het huidige Friesland, Oost- Friesland en een groot deel van het huidige Noord-Hollands heette West-Friesland. In het jaar 1232 kregen de norbertijner monniken te Hallum, gelegen aan de andere kant van de Zuiderzee in Oost-Friesland, Marken als gift van een groep gelovigen. Zij stichtten daar een heiligdom, het Mariahof, waar nu de Kerkbuurt ligt. Op de plaats van de huidige begraafplaats naast de Grote Kerk lag het klooster Mariëngaarde.
 
De geschreven geschiedenis van Marken begint bij de monniken van het klooster Mariëngaarde bij Hallum, in Friesland. Abt Ethelgerus (1241-1259) bracht met enige volgelingen gedurende een winter een bezoek aan het eiland "Markaland" en werd daar opgehouden door het invallen van de vorst. Volgens een oude Friese kroniek van ca. 1270 kwam Marken tijdens het abt van Sirbrandus (1232-1238) in kloosterlijk bezit. Een ander kroniek noemt in dit verband het jaar 1232. (J.A.J. Vervloet, Marken, een terpenzwerm uit de late middeleeuwen). Er woonden waarschijnlijk slechts enkele monniken op Marken, maar wat zeker is dat het klooster centraal stond. Het kleine aantal bewoners van Marken werkten samen met de monniken op het land.
 
Het kloosterbezit bestond onder meer uit twee boerderijen: een ‘westhuse’ en een ’oesthuse’. De Monnikenwerf (nu: Kerkbuurt) is de vroegst bekende werf op Marken en is vermoedelijk ontstaan op de plek waar vroeger het westhuis heeft gelegen, een van de twee kloosterboerderijen op het eiland. Het oosthuis moet waarschijnlijk gezocht worden ter hoogte van de locatie waar eeuwen geleden de Kloosterwerf lag.
 
Het was geen kostbaar eigendom, maar een drassig stukje land dat er lag 'voor eb en vloed'. Het eiland, daarvoor ontstaan als gevolg van afslag van veengrond, waardoor de verbinding met het vasteland was verbroken lag destijds in de Zuiderzee. De Friese monniken vestigden een nederzetting op Marken, gingen ijverig aan het werk en legden een dijk aan rondom het eiland en zorgden voor een afwateringssysteem. (* Mogelijk zijn ze ook initiatiefnemers geweest voor de afdamming van de waterloop ter plaatse van de latere Fluwelen Burgwal in Monnickendam, met de Middendam. Dit is de ’Monniken dam’ waaraan het stadje zijn naam heeft ontleend. Niet duidelijk is of de Norbertijner monniken betrokken zijn geweest bij het opwerpen van de vroegste werven, of dat men pas na hun vertrek hiertoe is overgegaan.)
 
Wellicht zijn in dezelfde tijd ook de dorpsgebieden van andere Noord-Hollandse gemeenten omdijkt en dammen in de mondingen van de veenrivieren gelegd. Zo werden in de 13de eeuw dammen gelegd bij Monnickendam, Uitdam, Durgerdam en mogelijk Nieuwendam, Edam, Schardam en Hoorn. In de dammen werden ebsluisjes geplaatst om bij eb het overtollige water uit het binnenland te kunnen afvoeren.
 
Het land bleef eigenlijk toch te nat voor goede akkerbouw dus gingen de monniken zich vooral bezighouden met veeteelt. Ze hielden varkens, koeien en paarden. Ze bezaten ook een opslagplaats op het vasteland, in Monnickendam, waardoor handelen beter mogelijk was.
 
Het eiland kwam in die tijd tot ongekende bloei. De producten werden veelal afgevoerd naar Monnickendam, waar de kloosterlingen ook bezittingen hadden. Zij dreven handel met Amstelland, Gooiland, Waterland en West-Friesland.
 
Niet het hele eiland was nog eigendom van de Monniken, in 1250 verkoopt Nicolaas van Persijn, (1150-1250; ridder, kleinzoon van Dirk, zoon van Jan Persijn, Jan; ridder en heer van Waterland, in 1227 overleden. Nicolaas huwde eene dochter uit den huize van Haarlem en overleed in 1250), Ridder en Heer van Waterland en Marken, de andere helft van het eiland, als uithof, aan abt Sybrandus voor 100 Hollandse ponden.
 
De monniken worden in 1345 verjaagd, omdat het "Friezen" waren.<ref>{{Citeer web|url=https://onh.nl/verhaal/monnickendam-klooster-mariengaarde|titel=Monnickendam, klooster Mariëngaarde - Oneindig Noord-Holland|bezochtdatum=2017-12-13|werk=Oneindig Noord-Holland|taal=nl-NL}}</ref> Bovendien had graaf [[Willem IV van Holland]] geld nodig. Willem IV sneuvelde hetzelfde jaar in Friesland. De bezittingen van de monniken werden door zijn zus, [[Margaretha II van Henegouwen]], deels aan de lokale bevolking, deels aan anderen, verkocht. Daarna verviel het eiland in armoede en werd het onderhoud aan de dijken verwaarloosd.<ref>{{Citeer web|url=http://marken.frankmouthaan.nl/tot1345.html|titel=Marken|bezochtdatum=2017-12-13|werk=marken.frankmouthaan.nl}}</ref>
 
===Werven===