Mammoetboom: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 25:
 
== Beschrijving ==
De kroon is smal en kegelvormigdriehoekvormig. De uiteinden van de takken buigen naar voren. De [[schors]] is net als die van de [[kustmammoetboom]] (''Sequoia sempervirens'') roodachtig bruin, dik, zacht en vezelig. Later wordt de schors donkerder en gegroefd. De richels steken soms ver uit. De schors is heel zacht en kan gemakkelijk ingeduwd worden. Men kan ertegen stompen zonder de vuist te verwonden. De boom heeft blauwgroene of donkergroene schubnaalden van {{nowrap|4-7 mm}} lang. De [[kegelvrucht (naaldboom)|kegelvruchten]] zijn bruin en eivormig, {{nowrap|5-8 cm}} lang en hangen aan lange steeltjes aan de hoofdtwijgen.
 
De mammoetboom heeft een zeer dikke bast en een hoge kruin, zodat bij een [[natuurbrand|bosbrand]] het vuur de belangrijkste delen van de boom niet kan aantasten. Voor de voortplanting is het zelfs noodzakelijk dat de zaden deels verbrand worden. Het snel blussen en voorkomen van bosbranden in het verspreidingsgebied schijnt ertoe geleid te hebben dat er vrijwel geen nieuwe sequoia's meer opkomen. Overigens zijn de zeer hevige bosbranden die af en toe toch oplaaien wel degelijk in staat om zelfs aan oude exemplaren fatale schade toe te brengen.<ref>{{en}}[http://www.nps.gov/seki/naturescience/fic_firerole.htm Fire's Role in a Sequoia Forest], US National Park Service, ingezien op 16 november 2014</ref>