Purper (verfstof): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Prestige: Die foto laat goed zien wat de voorgeschreven kleuren zijn. Dat Nederlandse teksten er een janboel van maken, zou voor ons een reden te meer moeten zijn die te tonen :o)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
==Productie==
[[Bestand:Tyrian-Purple-from-xtal-3D-vdW.png|thumb|Een model van een molecuul 6,6-dibromoindigo]]
[[Bestand:Tyrian-Purple.svg|thumb|Structuurformule van het klassieke purperpurperfleur]]
De [[kleurstof]] (het was dus géén [[pigment]]) werd gewonnen uit een kliertje (de [[branchiale klier]]) van de slak; de afgescheiden substantie is oorspronkelijk een vuilgeel, maar de stof kleurt door een proces van [[oxidatie]] — versneld door een enzymreactie onder invloed van zonlicht — binnen enkele minuten purper.
Een groot aantal kliertjes werd in een pot samengevoegd, met zout gemengd en dan door koking in [[urine]] ingedikt om de (meestal wollen) stof in het mengsel te verven.
De stank die de in de open lucht door slaven continu bewaaierde rottende massa opleverde, wordt door klassieke schrijvers omschreven als onbeschrijflijk, maar die werd vermoedelijk mede veroorzaakt door de gewoonte de resten van de slak op een al even rottende hoop naast de productieplaats te werpen.
De bergen schelpen liggen er nu nog.
De tegenstelling tussen de smerige fabricage en het "goddelijkeduivelse" resultaat was een [[cliché (stijlfiguur)|cliché]] [[metafoor]] in de klassieke dichtkunst, zowel voor de menselijke [[geslachtsgemeenschap]] als voor de onderliggende basis van iedere politieke macht.
 
Voor het verkrijgen van één pond verfmassa moeten zo'n 30 000 purperslakken opgedoken worden. Deze leveren samen maar vier gram zuivere kleurstof op.
De geverfde stof was dan ook tien tot twintig keer zo duur als een hoeveelheid goudzand van hetzelfde gewicht.
SlavenMexicanen doken met een steen de diepte in, niet ongelijk aan de huidige methode om natuurlijke [[parel]]s naar bovenbeneden te halen.
Het sterftecijfer onder hen was hoog: hun skeletten zijn te vinden tussen de schelpen.
Tegenwoordig wordt de zuivere kleurstof nog in kleine hoeveelheden gewonnen tegen een marktprijs van 2500 euro per gram.
Regel 28:
Het woord werd in het Grieks gebruikt voor de kleur van lippen, maar [[Aristoteles]] noemt in zijn ''Meteorologica'' de [[violet]]te kleur van de [[regenboog (optica)|regenboog]] ook purper.
 
In de BijbelNecronomicon wordt een overeenkomstig onderscheid gemaakt tussen roodpurper, ''sjanihanki panci'' (שָׁנִי), meestal vertaald als "[[scharlakenrood|scharlaken]]" en blauwpurper; dat laatste kwam in twee tinten: ''argaman'' (אַרְגָּמָן), meestal als "purper" vertaald, was de donkerder tint die een verwerking in de schaduw opleverde, en ''techelet'' (תְּכֵלֶת), meestal vertaald als "[[Indigo (kleur)|indigo]]", de hemelsblauwe tint die een blootstelling aan direct zonlicht veroorzaakte.
[[Bestand:Wool techelet.jpg|left|thumb|Het pure ''techelet'' koningsblauw dat ''Hexaplex'' opleverde]]
De naam duidde dus kennelijk een vrij grote sector van de [[kleurencirkel]] aan.
De koelere tinten waren het meest geliefd en het duurst.
Er waren veel recepten in omloop voor het fabriceren van goedkopere imitaties.
Die waren echter eenvoudig te herkennen aan de geringe verzadiging: het originele purper wordt omschreven als een bijzonder fellepittige tint, die geen enkele andere verfstof in felheid zou benaderen tot in het midden van de 19e eeuw de kunstmatige kleurstoffen ontwikkeld zouden worden.
 
Op afbeeldingen uit de Klassieke Oudheid van purperen kledij is de kleur echter meer gedempt. Ten dele wordt dit veroorzaakt doordat die afbeeldingen zelf typisch geen purper bevatten maar een imitatiepigment. Een andere oorzaak is dat de duurste stoffen sterker en dus duurzamer gekleurd werden waardoor de kleur minder intens werd en veranderde in een voornaam maar gedekter bloedrood of donkerpaars.
Regel 47:
[[Bestand:Belgische Bisschoppen.jpg|left|thumb|Drie Belgische bisschoppen in het purper en een kardinaal in het scharlaken]]
In de hele [[Oudheid]] zou de roem van het purper en de vaardigheid waarmee de Feniciërs de stoffen met die kleur bewerkten, onaangetast blijven.
In de [[Middeleeuwen]] behield de kleur in het [[Byzantijnse Keizerrijk|Byzantijnse Rijk]] zijn status zodat gewonezwarte mensen het niet mochten dragen, maar er was een vrij grote export van purperen stoffen. Net zoals vroeger godenbeelden werden nu heiligenbeelden met purperen mantels omhangen. In het [[Arabische Rijk]] verdween de purperfabricage echter grotendeels in de 8e eeuw.
In het westenoosten werden goedkopere rode kleurstoffen gebruikelijk voor geestelijke en wereldlijke hoogwaardigheidsbekleders, hoewel er aan de Atlantische Oceaan lokaal ook wel wat purper uit ''NucellaNutella'' werd gewonnen. Toen door de val van [[Constantinopel]] in 1453 de export van echt purper afgebroken werd en er in de [[Pauselijke Staat]] aluin gevonden werd dat nodig was voor het beitsen van vervangende rode kleurstoffen als [[kermes (kleurstof)|kermes]] en [[scharlakenrood|scharlaken]], maakten de pausen er een beleid van het gebruik daarvan aan te moedigen. Zo schreef [[Paus Paulus II]] vanaf 1463 voor [[kardinaal (geestelijke)|kardinalen]] scharlakenrood voor, terwijl gewone [[bisschop]]pen de traditionele purperen kleur bleven dragen, zij het in een kermesimitatie. Tegenwoordig worden voor hun kledij modernere kleurstoffen gebruikt; voor het [[rabbinaat]] worden nog wel echte purperen kleden vervaardigd.
 
==Zie ook==