Internationale Elektriciteitstentoonstelling: verschil tussen versies

Het initiatief van de expositie was aanvankelijk afkomstig van [[Adolphe Cochery]], de Franse minister van Post en Telegrafie van die tijd. Naast een kleine financiële bijdrage van de Franse overheid voor het gebouw werd deze tentoonstelling vrijwel geheel privaat gefinancierd. De deelnemers kwamen uit Groot-Brittannië, de Verenigde Staten. Duitsland, België en Nederland alsmede uit Frankrijk. Het publiek kon onder andere de [[dynamo]] van [[Zénobe Gramme]] aanschouwen, de gloeilamp, de [[Théâtrophone]] (een toestel om live mee te luisteren met toneelvoorstellingen), de elektrische tram van [[Werner von Siemens]] die langs de Champs-Élysées reed, de [[telefonie|telefoon]] van [[Alexander Bell]], een elektrisch distributienetwerk van [[Marcel Deprez]] en de elektrische aangedreven boot van [[Gustave Pierre Trouvé]]. Onderdeel van de Nederlandse bijdrage aan de Elektriciteitstentoonstelling was de [[grote elektriseermachine]] van het [[Teylers Museum]].