Beleg van Wenen (1683): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Versie 49275318 van 109.128.97.7 (overleg) ongedaan gemaakt - Waarom weg?
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 23:
Het '''Beleg van Wenen''' van [[1683]] was een poging door het [[Ottomaanse Rijk]] om de hoofdstad van het [[aartshertogdom Oostenrijk]] in te nemen, die toentertijd ook de [[residentie]] was van [[keizer Leopold I]] van het [[Heilige Roomse Rijk]] en de zetel van de [[Habsburgse Monarchie]]. Het beleg begon op 14 juli 1683 en eindigde op 12 september 1683 toen de belegeringsmacht verslagen werd door een ontzettingsleger.
 
Het Ottomaanse Rijk had in het begin van de zestiende eeuw de [[Balkan (schiereiland)|Balkan]] helemaal veroverd, en [[Ottomaans Hongarije|het grootste deel van Hongarije]] onderworpen. Dat leidde tot rivaliteit met de [[Habsburgers]] die zelf [[Koninklijk Hongarije]] in bezit namen. In [[1529]] deden de [[Beleg van Wenen (1529)|Turken al eens een poging Wenen in te nemen]], destijds onder leiding van [[sultan (rang)|sultan]] [[Süleyman I]]|Süleyman I ''de Prachtlievende'']]. Daarna wisselden slepende oorlogen en lange bestanden elkaar af. Toen in 1681 het Habsburgse gezag over Koninklijk Hongarije verzwakt was door een protestants-Hongaarse opstand, kreeg de Ottomaanse [[grootvizier]] [[Kara Mustafa|Kara Moestafa]] van sultan [[Mehmet IV]] toestemming met een leger van 138.000 man<ref>{{aut|Thomas Benfield Harbottle}} en {{aut|George Bruce}} (1981), ''Harbottle's Dictionary of Battles'' (New York:Van Nostrand Reinhold). ISBN 9780442223366</ref> [[Wenen]] te veroveren om een "Koninkrijk Wenen" te vestigen onder de heerschappij van de protestantse Hongaar [[Imre Thököly]].
 
De Oostenrijkers waren in het voorjaar van 1683 te zwak om het op een veldslag te laten aankomen en trokken zich met het grootste deel van de inwoners terug toen een grote macht van Turken, Hongaren en [[Krim-Tataren]] het beleg sloeg rond Wenen dat door een klein garnizoen verdedigd bleef worden. Moestafa hoopte een snelle overwinning te forceren door de stadswallen met mijnen op te blazen. Daarom schonk hij weinig aandacht aan zijn eigen verdediging. Begin september stond de stad op het punt te vallen toen een tachtigduizend man sterk ontzettingsleger arriveerde van Duitse vorsten onder het bevel van de met een grote ruitermacht te hulp geschoten Poolse koning [[Jan III Sobieski]]. Op 12 september braken deze troepen na felle strijd door de verdedigende Turkse schans tussen de Kahlenberg en de [[Donau]] waarna de Turkse hoofdmacht op de vlucht sloeg. Hierop volgde de [[Grote Turkse Oorlog]] waarin heel Hongarije voor de Turken verloren ging.