Punktförmige Zugbeeinflussung: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k stijl
Regel 1:
'''Indusi''' (''Induktive Zugsicherung'') of '''PZB''' (''Punktförmige Zugbeeinflussung'') is een systeem voor [[treinbeïnvloeding]] systeem dat vanaf 1931 in onder andere [[Duitsland]], in [[Oostenrijk]] en in [[Zwitserland]] wordt toegepast onder de naam '''Integra-Signum''' wordt toegepast. De nieuwe afkorting PZB (puntvormig treinbeïnvloedingssysteem) is in de jaren 90 geïntroduceerd als contrast met het alternatief van lijnvormige treinbeïnvloeding (LZB - [[Linienförmige Zugbeeinflussung]]), maar deze term wordt in Duitsland ook wel gebruikt als categorienaam voor alle typen puntvormige treinbeïnvloedingssystemen, waaronder ook het met name op Nederland nevenlijnen toegepaste [[ATB Nieuwe Generatie]] en het in België en Frankrijk gangbare systeem [[Crocodile (spoorwegen)|Crocodile]].
 
PZB bestaat uit een passieve [[LC-kring]] (ook wel magneet genoemd, hoewel dit feitelijk niet correct is) naast het [[spoorweg|spoor]] bij het [[Seinsein (teken)|sein]] en een actieve zend/ontvangspoel aan de trein. De magneten langs het spoor kunnen ingeschakeld worden met een resonantiefrequentie van 500, 1000 of 2000 [[Hertz (eenheid)|Hertz]]. De spoel aan de trein wordt gevoed met deze drie frequenties gesuperponeerd; de frequentie waarop de magneet ingesteld is wordt ten opzichte van de andere twee frequenties sterker gedempt, wat door de stuurelektronica in de trein gedetecteerd wordt.
 
==Bediening en signalering==
De machinist heeft op zijn stuurtafel 6zes meldlampen en 3drie schakelaars.
Het betreft 3 blauwe meldlampen met daarop de snelheden "55", "70" en "85" en daaronder de meldlampen "Befehl 40" (wit), "500 Hz" (rood) en "1000 Hz" (geel).
De drie schakelaars hebben de namen "Befehl" ([[Aanwijzing (spoorverkeer)|lastgeving]]), "Frei" (bevrijden) en "Wachsam" (kwiteren).
Regel 11:
[[Bestand:Indusi-Gleismagnet.JPG|thumb|200px|right|PZB inductor ("trackzijde magneet")]]
[[Bestand:Indusi.jpg|thumb|200px|right|Ingebouwde transmitter in het voertuig]]
* Bij een sein dat geen remopdracht geeft, is de magneet uitgeschakeld.
 
* Bij een sein dat een remopdracht geeft tot een snelheid lager dan 100 km/h, is de magneet ingeschakeld met een frequentie van 1000 Hz. Binnen 4 sseconden na het passeren van deze magneet moet de [[treinbestuurder|machinist]] dit bevestigen middels de kwiteerknop. De machinist zal af moeten remmenafremmen naar 85 km/h binnen 23 seconden, dit wordt ook gecontroleerd door middel van een remcurve. Bij goederentreinen moet binnen 29 seconden tot 70 km/h worden geremd, of bij zware goederentreinen binnen 38 seconden tot 55 km/h. Voldoet de machinist niet aan deze voorwaarden, dan voert de PZB een snelremming uit. Na 700 meter is de 1000 Hz beïnvloeding beëindigd, en kan de machinist zich bevrijden. Dit wordt aangegeven doordat het gele 1000 Hz-lampje dooft. De machinist mag zich echter alleen bevrijden wanneer de doelsnelheid hoger is dan 30 km/h. Als de machinist zich onterecht bevrijdt, vindt er een snelremming plaats bij passage van een actieve 500 Hz-magneet.
 
* 250 meter voor een stoptonend sein en 150 m voor seinen die 30 km/h of minder toestaan, ligt vaak een magneet met een frequentie van 500 Hz. De machinist mag deze magneet passeren met hoogstens 65 km/h, bij goederentreinen 50 km/h of bij zware goederentreinen 40 km/h. 153 meter voorbij deze magneet moet de machinist de snelheid teruggebracht hebben tot respectievelijk 45, 35 of 25 km/h.
 
* Direct naast een stoptonend sein is een magneet aangebracht met een frequentie van 2000 hertz. Als een magneet is ingeschakeld met een frequentie van 2000 hertz en een trein deze magneet passeert, volgt direct een snelremming. De afstand tussen het stoptonende sein en het beveiligde gevaarpunt is zo groot dat de trein tijdig tot stilstand zal komen.
 
* Wanneer de snelheid van een trein in de 1000 Hz-beïnvloeding langer dan 10 seconden onder 10 km/h is geweest, volgt een snelheidsbeperking. De lampjes 70/85 gaan beurtelings knipperen en de trein mag nu niet sneller rijden dan 45 km/h. 700 m voorbij de 1000 Hz-magneet dooft de gele lamp en kan de machinist zich bevrijden (waarbij het eerste punt in acht genomen moet worden). Bevrijdt de machinist zich niet, dan houdt de snelheidsbeperking 1250 m achter de 1000 Hz-magneet op. Passeert de trein een actieve 500 Hz-magneet, dan wordt het snelheidsplafond verlaagd naar 25 km/h. De machinist kan zich niet bevrijden uit de 500 Hz-beïnvloeding. Deze wordt 250 meter voorbij de 500 Hz-magneet opgeheven. Deze restrictie is gelijk voor alle treinsoorten.
 
* De PZB bewaakt de maximumsnelheid, voor de verschillende treinsoorten respectievelijk 165, 125 en 105 km/h. Als de PZB is uitgeschakeld, bewaakt hij toch nog de maximumsnelheid van 100 km/h.
 
* De PZB houdt geen rekening met slip. Slip kan dus leiden tot een snelremming.
 
* Krijgt de machinist van de [[treindienstleider]] een opdracht om een stoptonend sein te passeren, dan moet hij de "Befehl"-schakelaar bedienen en het sein voorbijrijden met hoogstens 40 km/h (snelheid bewaakt door PZB). Bij passage van de actieve 2000 Hz-magneet licht de witte meldlamp "Befehl 40" op.
 
* Bij rangeerbewegingen blijven de 2000 Hz-magneten actief. Bij langdurige rangeerwerkzaamheden en geduwde rangeerbewegingen (het stoptonende sein is voor de machinist niet zichtbaar) moet om deze reden de PZB buiten werking worden gesteld.
 
* Alle bedieningshandelingen en beïnvloedingen worden geregistreerd.
 
==Indusi in Nederland==