De zonnetempel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Extra subkop had weinig zin; Kuifje is zelf populaire cultuur, volgens mij
Regel 34:
Inmiddels zijn de twee detectives [[Jansen en Janssen (Kuifje)|Jansen en Janssen]], die aan het begin van het verhaal telefonisch werden opgeroepen, nog steeds op zoek naar Kuifje en Haddock. Ze komen op allerlei plekken in de wereld, maar niet in Zuid-Amerika.
 
== AchtergrondAchtergronden ==
[[File:2Wiener-Tintin-Dieu Soleil.jpg|thumb|Deze foto van de Inca-oppergod [[Viracocha]] uit ''Perou et Bolivie'' van [[Charles Wiener]] uit 1880 werd gebruikt voor de afbeelding van deze godheid aan het begin en aan het eind van het album ''De Zonnetempel''.]]
''De zonnetempel '' is een direct vervolg op ''De 7 kristallen bollen'', en vormt hiermee in feite één verhaal.
Het album ''De zonnetempel'' is een direct vervolg op dat van de ''De 7 kristallen bollen''. Ter voorbereiding verdiepte Hergé zich in het boek ''La Civilisation aztèque'' uit 1934. Hieruit haalde hij vooral de kennis over kleine beelden. Religieuze zaken als de zonnecultus haalde hij uit ''L'Epouse du soleil'', een roman van ''[[Gaston Leroux]]''. Het boek ''Perou et Bolivie'' van [[Charles Wiener]] uit 1880 stond bol met gravures. Het gaf hem de basiskennis over graftekens en Incasteden, het aardewerk dat de Inca's gebruikten, de instrumenten en veel meer. Informatie over de landschappen, woningen en kleding ontleende hij aan twee artikels uit het [[Geographic Magazine]]; ''In the Realm of the Sons of the Sun'' en ''The Incas: Empire Builders of the Andes''.<ref>Assouline, Pierre (1996) Hergé. Biografie, p. 258</ref>
 
Het album ''De zonnetempel'' is een direct vervolg op dat van de ''De 7 kristallen bollen''. Ter voorbereiding verdiepte Hergé zich in het boek ''La Civilisation aztèque'' uit 1934. Hieruit haalde hij vooral de kennis over kleine beelden. Religieuze zaken als de zonnecultus haalde hij uit ''L'Epouse du soleil'', een roman van ''[[Gaston Leroux]]''. Het boek ''Perou et Bolivie'' van [[Charles Wiener]] uit 1880 stond bol met gravures. Het gaf hem de basiskennis over graftekens en Incasteden, het aardewerk dat de Inca's gebruikten, de instrumenten en veel meer. Informatie over de landschappen, woningen en kleding ontleende hij aan twee artikels uit het [[Geographic Magazine]]; ''In the Realm of the Sons of the Sun'' en ''The Incas: Empire Builders of the Andes''.<ref>Assouline, Pierre (1996) Hergé. Biografie, p. 258</ref>
 
Het verhaal is voor een deel uiterst realistisch uitgewerkt, tot in de details. Anderzijds bevat het enkele overduidelijk [[occult]]e elementen, met name de manier waarop de geleerden in België aan hun kwalen blijken te zijn gekomen en er uiteindelijk weer van worden genezen. De truc met de zonsverduistering heeft een echt historisch precedent; [[Christoffel Columbus]] bezwoer in 1503 op soortgelijke wijze een opstand van [[Jamaica]]nen dankzij een [[maansverduistering]] die op een kalender uit 1574 (van [[Johannes Regiomontanus]]) was aangekondigd. Hergé realiseerde zich overigens zelf dat het niet heel realistisch is dat Inca's met een zonsverduistering om de tuin zouden kunnen worden geleid, aangezien zij de bewegingen van de zon door en door kennen. Ze zouden Kuifjes truc dus in werkelijkheid meteen hebben doorzien.<ref>FARR, M., Kuifje. Droom en werkelijkheid., Moulinsart, 2002, ISBN 2-930284-94-3, blz. 115.</ref>
 
==Bewerkingen==