Zuid-Willemsvaart: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
herschreven
Regel 20:
 
== Geschiedenis ==
De Zuid-Willemsvaart werd genoemd naar [[Willem I der Nederlanden|koning Willem I]], onder wiens bewind en op wiens instigatie het kanaal tot stand kwam. Een uitbreiding van de toenmalige handelswegen, dit waren de waterwegen, moest de ontsluiting van de Zuidelijke Nederlanden en de handel in de Noordelijke Nederlanden bevorderen. De "Zuidelijke Willemsvaart" ging bijvoorbeeld een korter en vooral betrouwbaarder alternatief voor de Maas vormen, de belangrijkste verbinding tussen de industrie rondom [[Luik (stad)|Luik]] en de handelssteden in het Noorden. De ontsluiting van de tussenliggende gebieden speelde nauwelijks een rol; bijna overal ging het kanaal aan de bestaande bebouwing voorbij.
De Zuid-Willemsvaart is een kanaal genoemd naar [[Willem I der Nederlanden|koning Willem I]] onder wiens bewind en op wiens instigatie het kanaal tot stand kwam, als alternatief voor de Maasroute. Het kanaal kwam in relatief korte tijd gereed omdat men voor een belangrijk deel gebruik maakte van reeds aanwezige vaarwegen, met name het Canal du Nord ofwel de Noordervaart. Delen van dit kanaal zijn onder de heerschappij van [[Napoleon Bonaparte]] gegraven als vaarverbinding aan de Noordgrens van het Franse rijk tussen de [[Schelde (rivier)|Schelde]], de [[Maas]] en de [[Rijn]]. Het gedeelte tussen de Schelde en de Maas bereikte bij [[Lozen (België)|Lozen]] het hoogste niveau. Om het kanaal hier van water te voorzien dachten de Franse autoriteiten aanvankelijk aan de kanalisatie van de [[Dommel (rivier)|Dommel]] en/of de [[Aa (Noord-Brabant)|Aa]]. Dit plan stamde nog uit het eind van de 18e eeuw en had als doel stadsmest uit 's-Hertogenbosch aan te voeren om daarmee de [[Peel (gebied)|Peel]] en de [[Kempen (gebied)|Kempense]] heidevelden te ontginnen. De Dommel en de Aa voldeden echter niet, dus besloot men Maaswater te gebruiken. Dit werd door het voedingskanaal afgetapt bij [[Smeermaas]] en voerde het naar een bassin in Lozen. Aan dat kanaal werd in 1804 begonnen en het was gereed in 1809. Het was slechts 5 meter breed.
 
Voor een groot deel maakten de ingenieurs gebruik van het bestaande ''[[grand Canal du Nord]]'' (tussen [[Lozen (België)|Lozen]] en [[Nederweert (plaats)|Nederweert]]) en het bijhorende voedingskanaal (van [[Smeermaas]] naar Lozen). Dit voedingskanaal moest het hoofdkanaal voorzien van water uit de Maas, nadat gebleken was dat de [[Dommel (rivier)|Dommel]] en/of [[Aa (Noord-Brabant)|Aa]] onvoldoende zouden zijn (De [[kanaliseren|kanalisatie]] van deze rivieren was ook al voorgesteld aan het einde van de 18e eeuw, voor de aanvoer van [[mest]] naar de onvruchtbare [[Peel (gebied)|Peel]] en de [[Kempen (gebied)|Kempen]]). Beide kanaaldelen waren gegraven tussen 1804 en 1809. Voor het nieuwe gedeelte twijfelde men tussen de dalen van de Dommel en de Aa. Uiteindelijk koos men voor de Aa, die overigens meermaals onder het nieuwe kanaal moest [[duiker (kunstwerk)|duiken]].
Onder [[Willem I der Nederlanden|koning Willem I]] werd door middel van een uitgebreide kanalenaanleg actief geprobeerd de verkeersverbindingen te verbeteren en zo vooral het handelsverkeer in de noordelijke Nederlanden te doen herleven. De Zuidelijke Willemsvaart was bedoeld om het Luikse industriebekken en de Noord-Nederlandse handelssteden te verbinden en een betrouwbaar alternatief te bieden voor de Maasvaart. De ontsluiting van het tussengebied was geen belangrijk uitgangspunt: het kanaal ging bijna overal aan de bestaande bebouwing voorbij. Voor het tracé viel de keuze in Noord-Brabant uiteindelijk op het Aa-dal. Deze rivier kruist dan ook op diverse plaatsen middels [[Duiker (kunstwerk)|duikers]] het kanaal. In 1821 viel het besluit tot de aanleg. Op 1 juli 1825 kwam het gedeelte van [['s-Hertogenbosch]] tot [[Helmond]] gereed en in 1826 volgde de openstelling van het verdere kanaal voor zover het toen gereed was, tot Maastricht. De doortrekking tot aan Luik vond pas na de Belgische afscheiding plaats.
 
In 1821 viel het besluit tot de aanleg. Op 1 juli 1825 kwam het gedeelte [['s-Hertogenbosch]]–[[Helmond]] gereed en in 1826 het resterende gedeelte Helmond–Maastricht. De [[kanaal Luik-Maastricht|doortrekking tot Luik]] gebeurde pas na de [[Belgische Revolutie|afscheiding van België]]. In 1930 bouwde men de [[Sluissluis Bosscherveld]] in het [[Afvoerkanaal]], dat de Maas met de Zuid-Willemsvaart verbindt.
 
== Gegevens ==