Industriële revolutie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k verwijzing naar "Nijverheidsrevolutie" ingevoegd, stijlpoetsen
Regel 35:
 
=== Mannen, vrouwen, kinderen ===
Door het wegvallen van de mogelijkheid om met [[huisnijverheid]] tegen de massafabricage te concurreren moesten [[Man (geslacht)|mannen]], [[vrouw]]en en [[kind (leeftijdsgroep)|kinderen]] in de [[fabriek]]en gaan werken om in hun levensonderhoud te voorzien. Het levensdoel van de bezitölozebezitloze en diens gezin bestond, vanaf de kindertijd tot het lichaam het opgaf, louter uit werken om in leven te blijven.<ref>Woud van der, Auke, 2010, ''Een koninkrijk vol sloppen'', blz 14, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam, ISBN 978 90 351 3597 0</ref> Pas veel later werden kinderen en vrouwen vrijgesteld van die arbeid. [[Man (geslacht)|Mannen]] moesten vanaf eind van de negentiende eeuw, vaak ver van huis en haard en door middel van het maken van extreem lange werkdagen, de kost verdienen voor vrouw en kinderen. Hoe meer ze om hun [[gezin]] gaven hoe minder ze aanwezig waren. Deze ingewikkelde positie leidde tot veel ongenoegen, ook bij de [[vrouwenbeweging]] die in eerste instantie de vrijstelling van vrouwen en kinderen had verdedigd. De industriële revolutie leidde (door de afwezigheid van vaders) tot een grote verandering in de positie van het [[Vader (familie)|vaderschap]]. Niet alleen konden ze door hun fysieke afwezigheid niet deelnemen aan de dagelijkse opvoeding, maar ook hun eigen [[emotie|gevoelsleven]] veranderde daardoor. Dit kan, naast de zware arbeidsomstandigheden, een oorzaak zijn geweest voor het toenemend alcoholmisbruik.<ref>Burgess, Adrienne, 1997, ''Het vaderinstinct'', vanaf blz 49, Podium, ISBN 90-5759-001-8</ref>
 
In Nederland werd in [[1874]] het [[Kinderwetje van Van Houten]] ingevoerd om fabrieksarbeid voor kinderen onder de twaalf jaar te verbieden, [[landbouw|landarbeid]] bleef echter toegestaan. De opheffing van de [[kinderarbeid]] gold voor alle westerse landen waar de industriële revolutie plaats vond. Er kwam pas echt een einde aan excessieve kinderarbeid na de invoering van de [[Leerplichtwet]] in [[1900]], maar toen kwam het al veel minder voor. Arbeiders die door een ongeluk in de fabriek arbeidsongeschikt waren geraakt hadden sinds [[1901]] recht op een uitkering door de [[ongevallenwet]]. Daarvoor was de arbeider afhankelijk van de bekommernis van de fabrieksdirectie, en dat ging dikwijls niet goed.<ref>Een kwaad leven; de arbeidsenquête van 1887 ISBN 90-6285-020-0</ref> Er kan worden gesteld dat de Industriële revolutie de voorwaarden heeft geschapen voor een maatschappij zonder (of met weinig) armoede.