Codex Askewianes: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
De '' '''Codex Askewianes ''''' is bevateen codex, die een [[Gnostiek|gnostische]] tekst bevat die bekend is onder de naam ''Pistis Sophia''. Een codex is een handschrift in de vorm van een boek met ingenaaide katernen en geen [[boekrol]]. Naast deze codex en de [[Nag Hammadigeschriften]] bestaat de gevonden gnostische literatuur verder uit de [[Berlijnse Codex|Codex Berolinensis Gnosticus 8502 ]], de [[Codex Brucianus]] en de [[Codex Tschacos]]
 
'' Pistis Sophia'' was de eerste gnostische tekst in het [[Koptisch]] die in het westen bekend werd. Er is maar één handschrift van bewaard gebleven. Dit handschrift werd omstreeks 1770 in een antiquariaat in Londen aangekocht door de medicus Anthony Askew. Het manuscript kwam in 1785 in het bezit van het [[British Museum]] en maakt nu onderdeel uit van de collectie van de [[British Library]]. Het manuscript dateert uit de vierde eeuw. De tekst was een vertaling van een oorspronkelijke Griekse tekst, waarvan nooit iets gevonden is. De meest gehanteerde aanname is, dat die Griekse tekst uit omstreeks het midden van de derde eeuw moet dateren.
Regel 11:
Het tweede deel handelt dan om de ervaringen van Jezus tijdens deze dertig uur. Jezus vertelt eerst de hiërarchische volgorde van de bewustzijnsgebieden die hij op de tocht naar de hemel passeerde. Jezus vindt Pistis Sofia ( Geloof - Wijsheid) beneden het Dertiende Aeon. In deze tekst zijn Aeons entiteiten, die de bewustzijnsniveaus beheersen die er tussen hemel en aarde zijn. Pistis Sofia was geheel alleen zonder de steun van haar broers. Zij treurde over de kwellingen die haar aangedaan waren door een entiteit met de naam Authades, de Zelfzuchtige. Pistis Sophia had Het Licht van de Hoogte gezien op de sluier van de Schat van het Licht en begon uit eerbied daarvoor te zingen.
 
Vanaf dat moment werd zij door Authades, de Zelfzuchtige alsmede door de Twaalf Aeons onder haar gehaat. Pistis Sophia werd door hen verleid naar beneden te kijken, waar zij een andere entiteit met een licht waarnam. Onbekend met herhet feit, dat dit een emanatie van de Zelfzuchtige was besloot zij daar heen te gaan en het licht te pakken. In het verhaal wordt duidelijk, dat Pistus Sophia dit deed op basis van haar veronderstelling, dat zij op deze wijze Het Licht van de Hoogte kon bereiken. Maar na haar afdaling vanaf het Dertiende Aeon, haar verblijfplaats, werd zij steeds verder in chaos betrokken. Uiteindelijk zag zij Jezus, omringd door licht, schreeuwde naar het Licht van de Lichten, sprak haar berouw over haar handelen uit waarop Jezus haar bevrijdt uit de chaos.
 
Het derde deel handelt dan om de vraag wat wel of niet gewenste acties en houdingen zijn, welke straffen er zouden moeten staan op niet te accepteren daden. Het gaat uitgebreid in op een aspect als berouw en op de vraag of het toelaatbaar is de mysteries te onthullen aan anderen. Het vierde deel zijn instructies van Jezus aan de discipelen over vooral wat zij mogen verwachten als zij een doopritueel ondergaan en wat er daarbij van hen verwacht wordt.
Regel 19:
{{appendix|2=
* {{nl}} van der Broek, Roelof, (2010) Gnosis in de Oudheid. In de Pelikaan,
*{{en}}The Gnostic Society Library [http://gnosis.org/library/pistis-sophia/index.htm Pistis Sophia]]
}}