Nieuw-Amsterdam (Nieuw-Nederland): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 213.127.198.154 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Vinvlugt
Regel 11:
 
===Vroege nederzetting (1609-1624)===
[[Bestand:Verkoopakte Manhattan.jpg|thumb|Ambtelijke brievenbrief van 7 november 1626 waarin P. Schagen de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|superStaten-Generaal]] de aankoop (door [[Peter Minuit]]) van Manhattan ("'t supereylant generaalManhettes", groot 21100011000 [[Morgen (oppervlaktemaat)|morgen]]) van de "wilden" meldt. Deze oppervlakte komt neer op 94 km². Verder noemt Schagen de geslaagde eerste oogst en de scheepslading van 7246 bevervellen. [[Nationaal Archief]], Den Haag. Voor een transcriptie van de tekst, zie Schagenbrief<ref>[http://www.nnp.org/nnp/documents/schagen_main.html Schagenbrief]</ref> en Transcriptie Schagenbrief<ref>[http://web.archive.org/web/20120430054743/http://www.nnp.org/nnp/documents/transcription.html Transcriptie Schagenbrief]</ref>]]
 
De eerste beschreven ontdekkingstocht door de Nederlanders van het gebied wat nu New York Bay genoemd wordt, was in 1609 met de reis van [[Henry Hudson]]. Hudson werd belast door de [[De Kamer van de VOC in Amsterdam]] met het ontdekken van een nieuwe doorgang naar [[Tartarije]] en China.<ref>[http://www.s4ulanguages.com/delaet.html ''Nieuwe Wereldt ofte Beschrijvinghe van West-Indien, uit veelerhande Schriften ende Aen-teekeningen van verscheyden Natien (Leiden, Bonaventure & Abraham Elseviers, 1625)''], p. 83: "/in den jare 1609 sonden de bewindt-hebbers van de gheoctroyeerde Oost-Indischische compagnie het jacht de halve mane/ daer voor schipper ende koopman op roer Hendrick Hudson, om in 't noordt-oosten een door-gaat naer China te soecken[...]".</ref> [[Petrus Plancius]] dacht dat het mogelijk was om naar Oost-Indië te zeilen via de Noordpool en stelde de reis voor aan de VOC, die na aanvankelijke afwijzingen toestemde.
Regel 119:
In de aanloop naar de [[Tweede Engels-Nederlandse Oorlog]] werd Nieuw-Nederland veroverd door de Engelsen. Op 24 september 1664 capituleerde directeur-generaal [[Peter Stuyvesant]] en droeg Nieuw-Amsterdam over aan de Engelsen. Stuyvesant drong aan op garanties voor de rechten van de burgers, die terechtkwam in de zogenaamde ''Articles of Capitulation, Artikelen van Overgave''. De Nederlanders verkregen [[vrijheid van geweten]], Nederlandse schepen mochten zonder meer aanleggen, en de politieke leiders van de kolonie mochten hun werk voortzetten, op voorwaarde dat ze trouw zwoeren aan de koning van Engeland. Bovendien werd vastgelegd dat de stad Manhattan afgevaardigden zou kiezen die een vrije stem hadden in alle openbare aangelegenheden, en werd vastgelegd dat stadsbewoners van Manhattan geen enkele soldaat ingekwartierd zouden krijgen.<ref name="overgave">Leo Hershkowitz, 'The New York City Charter, 1686.', geciteerd door NAEHV (p. 343).</ref>
 
Bij de [[Vrede van Breda]] van 1667 mochten de Engelsen Nieuw-Amsterdam behouden; een definitieve regeling werd echter uitgesteld: het was een handhaving van de ''status quo'', zonder dat de Republiek haar aanspraken opgaf. Nederland behield evenzo Suriname en het uiterst kleine, nootmuskaatrijke eilandje [[Run (eiland)|Run]] in de [[Noord-Molukken]], die het op zijn beurt in de oorlog op nederlandEngeland ishad eenveroverd mooien landverwierf daarmee het nootmuskaatmonopolie. De naam van de kolonie werd later veranderd in "New York" naar de [[Jacobus II van Engeland|Hertog van York]] - broer van koning [[Karel II van Engeland]] - die het land toegewezen had gekregen.
 
Op het tijdstip waarop Nieuw-Nederland in Engelse handen viel, telde de kolonie ongeveer 6.000 inwoners, waarvan ongeveer 1.500 in Nieuw-Amsterdam woonden. Hun nakomelingen zouden voor een deel nog tot halverwege de negentiende eeuw Nederlands blijven spreken; in de latere periode in de vorm van het ''[[nigger Dutch]]'', gesproken door de afstammelingen van de zwarte slaven.