Hertogdom Beieren (-1255): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 38:
==Het tweede stamhertogdom Beieren (907)==
[[Bestand:Karte Herzogtum Bayern im 10. Jahrhundert.png|links|thumb|Beieren in de 10e eeuw.]]
Onder de laatste Karolingen verzwakte het centrale gezag sterk, zodat de Beierse stam het heft weer in eigen handen kon nemen. Markgraaf [[Luitpold van Karinthië]] verwierf veel invloed. Zijn zoon [[Arnulf I van Beieren|Arnulf]] (907-937) noemde zich hertog van de Beieren en de aangrenzende gebieden. In 920 was Arnulf zelfs tegenkoning van koning [[Hendrik de Vogelaar|Hendrik I]].
 
Pas in 938 werd het Duitse gezag in Beieren hersteld. In 947 werd de dynastie van Luitpold op een zijspoor gezet en benoemde koning [[keizer Otto I|Otto I]] zijn broer Hendrik tot hertog. Hiermee was een zijtak van het Saksische keizershuis op de hertogelijke troon gekomen. Onder hertog Hendrik II ontstond er een strijd met [[keizer Otto II]]. Hierbij werd in 976 Karinthië van Beieren losgemaakt en tot een afzonderlijk hertogdom verheven. Hertog [[Keizer Hendrik II de Heilige|Hendrik IV]] werd in 1002 als Hendrik II keizer. Hiermee kwam een einde aan de zelfstandigheid van het hertogdom.
De herhaalde rooftochten van de [[Hongaren]], onder meer door de veldheer [[Árpád|Arpàd]], verzwakten Beieren en zijn hertogskroon. In 938 kon het koninklijk Duitse gezag in Beieren hersteld worden. In 947 werd de dynastie van Luitpold bovendien op een zijspoor gezet en benoemde koning [[keizer Otto I|Otto I]] zijn broer Hendrik tot hertog. Hiermee was een zijtak van het Saksische keizershuis op de hertogelijke troon gekomen.
[[Keizer Hendrik IV]] droeg het hertogdom Beieren in 1070 over aan de Zwabisch-Italiaanse dynastie der Welfen. Onder deze dynastie werd Beieren weer een belangrijke politieke macht. In 1137 verwierf hertog Hendrik X ook het hertogdom Saksen en verder uitgestrekte bezittingen in Toscane. Na de verkiezing van hertog [[Koenraad III (Rooms-koning)|Koenraad van Zwaben]] tot koning in 1138 brak de strijd tussen de twee machtige vorsten uit. In 1139 ontnam de koning Hendrik zijn Beierse hertogdom en verleende het aan zijn halfbroer Leopold van Babenberg, [[Marcha Austriae|markgraaf van Oostenrijk]]. In 1156 kreeg de [[Welfen|Welf]] Hendrik de Leeuw het hertogdom Beieren terug in een verkleinde vorm: het markgraafschap Oostenrijk werd tot een afzonderlijk hertogdom verheven.
 
Onder hertog [[Hendrik II van Beieren (hertog)|Hendrik II]] ontstond er een strijd met zijn neef [[keizer Otto II]]. Hierbij werd in 976 Karinthië van Beieren losgemaakt en tot een afzonderlijk [[Hertogdom Karinthië|hertogdom]] verheven. Ook [[Leopold I van Oostenrijk|Leopold I van Babenberg]] werd beloond door keizer Otto II (976) en verkreeg het [[Marcha Austriae|markgraafschap Oostenrijk]], wat hij bestuurde los van Beieren.
 
Hertog [[Keizer Hendrik II de Heilige|Hendrik IV]] van Beieren werd in 1002 als Hendrik II keizer. Hiermee kwam een einde aan de zelfstandigheid van het hertogdom. [[Keizer Hendrik IV]] droeg het hertogdom Beieren in 1070 over aan de Zwabisch-Italiaanse dynastie der [[Welfen]]. Onder deze dynastie werd Beieren weer een belangrijke politieke macht. In 1137 verwierf hertog Hendrik X ook het hertogdom Saksen en verder uitgestrekte bezittingen in Toscane. Na de verkiezing van hertog [[Koenraad III (Rooms-koning)|Koenraad van Zwaben]] tot koning in 1138 brak de strijd tussen de twee machtige vorsten uit. In 1139 ontnam de koning Hendrik zijn Beierse hertogdom en verleende het aan zijn halfbroer Leopold van Babenberg, [[Marcha Austriae|markgraaf van Oostenrijk]]. In 1156 kreeg de [[Welfen|Welf]] Hendrik de Leeuw het hertogdom Beieren terug in een verkleinde vorm: het markgraafschap Oostenrijk werd tot een afzonderlijk hertogdom verheven.
 
==Het hertogdom Beieren onder het huis Wittelsbach (1180)==