Raad van Verzet: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 5:
== Het ontstaan en de ontwikkeling van de Raad van Verzet ==
 
Tegen het einde van april 1943, kort voor de [[April-meistakingen]], nam de elektrotechnicus [[Jan Thijssen (verzetsstrijder)|Jan Thijssen]] — hoofd van de Radiodienst van de [[Ordedienst]] (OD) — met zes in het verzet actieve geestverwanten het initiatief tot de oprichting van een nieuwe landelijke [[Illegaliteit (Tweede Wereldoorlog)|illegale]] organisatie die de bestaande actieve verzetsgroeperingen moest overkoepelen. Deze organisatie kreeg de naam Raad van Verzet (RVV), voluit Raad van Verzet in het Koninkrijk der Nederlanden. Als oprichtingsdatum werd 1 mei 1943 aangehouden.
 
De RVV werd opgericht in de woning van Henk van Beek, Stationsstraat 28a te [[Amersfoort]]. De zeven medeoprichters waren: [[Jan Brouwer (verzetsman)|Jan Brouwer]], Johan Doorn, Andries Graafhuis, [[Gerrit Kleinveld]], Dick van der Meer, [[Willem Santema]] en Johan Engel. Dick van der Meer trok zich een maand later terug en werd opgevolgd door [[Gerben Wagenaar]], een van de kopstukken van het [[Militair Contact]], de verzetsorganisatie van de [[Communistische Partij van Nederland]] (CPN). In het najaar van 1943 trad ook de beeldhouwer [[Gerrit Jan van der Veen]] toe, waardoor binnen de RVV ook het kunstenaarsverzet vertegenwoordigd was en de RVV contact kreeg met de [[Persoonsbewijzencentrale]] (PBC). Via [[Paul Guermonprez]] onderhield men contact met de ''Je Maintiendrai-groep'' in Limburg.
Regel 25:
== De ontwikkeling en samenstelling van de Raad van Verzet ==
 
Uiteindelijk zou er van het overkoepelen van en het coördineren van het actieve verzet weinig terechtkomen. Omstreeks maart 1944 liet de Raad deze doelstelling los. De RVV ontwikkelde zich als een nieuwe verzetsorganisatie naast de bestaande groeperingen. De landelijke organisatie begon pas vanaf medio 1944 uit te groeien en gestalte te krijgen. In feite was de RVV een conglomeraat van verspreide zelfstandige verzetsgroepen die vanaf september 1944 tot brigades werden geformeerd.Tot medio 1944 ontvingen deze groepen af en toe instructies en soms ook explosieven van de centrale Verzetsleiding. Verder moesten zij hun zaken zelf maar zien te regelen. Pas nadat deze Verzetsleiding was vervangen door een actiever orgaan het Operatiecentrum had er een intensievere instructie plaats, al bleven de RVV groepen en brigades uiteindelijk in hoge mate zelfstandig opereren. Vanaf de oprichting van het Operatiecentrum was er in feite een soort personele unie tot stand gekomen tussen de RVV en de Radiodienst. De beide organisaties werden geleid door Jan Thijssen. Hij had het Operatiecentrum bemand met kopstukken uit zijn Radiodienst. De leden die deel uitmaakten van het Operatiecentrum waren [[Jan Thijssen (verzetsstrijder)|Jan Thijssen]], Willem Johan van Hoorn Alkema en Eduard H.M. Hoogeweegen. In het Operatiecentrum werden de leiding van de RVV verzetsgroepen en de [[Radiodienst van de Raad van Verzet]] verenigd. In maart 1944 kwam er de RVV-Inlichtingendienst bij.
 
== De RVV stuurt een boodschapper naar Londen ==
Regel 60:
Op 3 september 1944 dezelfde dag dat een tankspits van het [[2e Leger (Verenigd Koninkrijk)|Britse 2e Leger]] [[Brussel (stad)|Brussel]] bereikte zond [[Radio Oranje]] namens [[Wilhelmina der Nederlanden|Koningin Wilhelmina]] de mededeling uit dat ze [[Bernhard van Lippe-Biesterfeld|Prins Bernhard]] had benoemd tot Bevelhebber der Nederlandse Strijdkrachten en dat Prins Bernhard, onder het bevel van generaal [[Dwight D. Eisenhower]], hierbij de leiding van het gewapend verzet op zich had genomen. Een dag later stootte de Britse 11e Tankdivisie door naar de monding van de Schelde bij [[Antwerpen (stad)|Antwerpen]]. Een tankspits van het [[1e Leger (Verenigde Staten)|Amerikaanse 1e Leger]] zette via de route: [[Metz]], [[Aken (stad)|Aken]], de aanval in op het [[Ruhrgebied]] en Generaal [[Bernard Montgomery]] bereikte met een Leger bestaande uit: Engelsen, Canadezen, Polen, de Nederlandse [[Prinses Irene Brigade]] en Belgen, via Vlaanderen de provincie [[Noord-Brabant]].
 
Als gevolg van de oprichting van de [[Binnenlandse Strijdkrachten]] (BS) en de oprukkende geallieerde legers werden er in Amsterdam op 9 september 1944 tussen vertegenwoordigers van de [[Ordedienst|OD]], [[Landelijke Knokploegen|LKP]] en RVV besprekingen gevoerd om te komen tot een bundeling en coördinatie van het verzet. De onderhandelingen verliepen moeizaam omdat de drie organisaties hun eigen zelfstandigheid wilden behouden. De uitkomst van de besprekingen was dat op landelijk niveau een zogenaamde Top-Driehoek gevormd werd. In deze Top-Driehoek hadden de vertegenwoordigers van de drie verzetsorganisaties zitting. De sterke persoonlijke tegenstellingen tussen [[Jan Thijssen (verzetsstrijder)|Jan Thijssen]] enerzijds en jhr. [[Pieter Jacob Six]], Jan van Bijnen en reservekolonel [[Henri Koot]] anderzijds stonden aan de top een soepele samensmelting van RVV, OD en LKP tot de Binnenlandse Strijdkrachten in de weg.
 
Op 20 september 1944 leidde de besprekingen op landelijk niveau tot de vorming van het Deltacentrum. De reservekolonel Henri Koot nam de leiding van het Deltacentrum op zich en hij vestigde zich in Amsterdam. Koot probeerde daarna de verschillende verzetsorganisaties op een lijn te krijgen. Dit proces verliep tot aan het begin van 1945 zeer moeizaam. In de laatste week van oktober 1944 kwam de vorming van de Binnenlandse Strijdkrachten in een stroomversnelling. Prins Bernhard gaf opdracht tot opheffing van de OD, LKP en RVV. Hij benoemde de kolonel Henri Koot tot commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten. Kort daarna liet Koot een order uitgaan aan alle plaatselijke en gewestelijke commandanten. In deze order maakte hij bekend dat vanaf heden de benamingen OD, LKP en RVV waren vervallen en dat alleen de benaming Binnenlandse Strijdkrachten mocht worden gebruikt. De BS werden ingedeeld in zes rayons. De rayons waren: [[Overijssel]], [[Achterhoek]], centrum [[Utrecht (stad)|Utrecht]], de [[Veluwe]], de [[Betuwe]] en de provincie [[Utrecht (provincie)|Utrecht]]. Ten behoeve van het optreden van de BS trok kolonel Koot de Operatiecentra van Jan Thijssen en van Jan van Bijnen bij zijn staf. Ten slotte bepaalde Koot dat de afwerpterreinen van de OD, LKP, en RVV voortaan ter beschikking zouden staan van de Rayoncommandanten van de BS.