Mijnwerker: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 19:
Door [[mijnramp]]en zijn veel mijnwerkers omgekomen, bijvoorbeeld de [[mijnramp van Marcinelle]] in België (1956). Elders in de wereld vinden nog regelmatig rampen in mijnen plaats. Het beroep van mijnwerker is nog steeds een gevaarlijk beroep.
 
Nieuwe kompels werden ontgroend, met de ''[[koelstamp]]''. Een kompel hield een schop tegen het achterwerk van de nieuweling, en een ander sloeg (zacht) met een moker op deze schop. Een kompel die deze behandeling had ondergaan was ontgroend, en een volwaardig collega. De opleiding voor mijnwerker duurde drie jaar. Het heette de Ondergrondse VakSchool. Daarom ook de afkorting O.V.S. de ochtend begon als oO.vV.sserS.'er met de groet. Toen deed men de hand rechtop bij het voorhoofd. De kleding die een oO.V.vS.sser'er droeg was een blauwe of grijze overall met het logo, stevige schoenen en een mijnpet op het hoofd.
 
De sanitaire voorzieningen in de mijn zelf waren beperkt tot een ton, die ''[[kiebel]]'' werd genoemd. Bovengronds was een waslokaal waar de kompels zich na de werkdag konden wassen en omkleden. De kleding werd aan een haak gehangen die door middel van een ketting naar het plafond werd gehesen. Het wassen was verplicht, daarbij wasten de kompels elkaars rug, dit werd ''[[poekkele]]'' genoemd.