Agalev: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 49:
Uit verkiezingsuitgaven blijkt dat groene kandidaten slechts een fractie uitgeven aan [[Propaganda (communicatie)|propagandamateriaal]] in vergelijking met de concurrenten. Personencultus staat dan ook haaks op de oorspronkelijke partijwaarden. De groenen halen eerder stemmen als team en met principiële argumenten. In het bijzonder de [[decumul]]regeling en rotatieplicht zijn belangrijke punten voor de groenen. De groene verkozenen engageren zich volgens deze regels ertoe om zo weinig mogelijk verschillende politieke mandaten te combineren en om geen enkel mandaat langer dan twee termijnen te bezetten. Bovendien doen de groenen niet mee aan het regionalisme van andere partijen. Ook politieke ‘carrièristen’ zijn bij Agalev aan het verkeerde adres: de verplichte partij-afdrachten van mandatarissen zijn dermate hoog en de combinatie van een mandaat met een voltijdse baan of een vrij beroep wordt zodanig ontmoedigd dat een flinke dosis offerbereidheid vereist is bij het volbrengen van een groen engagement.
 
Leden uit allerlei organisaties uit het middenveld staan mee aan de wieg van Anders Gaan Leven: [[Greenpeace]], [[Bond Beter Leefmilieu]], [[Velt|Vereniging voor Ecologische Leef- en Teeltwijze]], [[Amnesty International]], [[Artsen zonder Grenzen]], [[Oxfam International|Oxfam]], Vrouwenoverlegcomité, Elcker-Ik, Bond Van Vormings- en Ontwikkelingsorganisaties. Nochtans trachten de groenen nooit een eigen maatschappelijke zuil op te bouwen. Ze zijn immers ontstaan als reactie tegen de tekortkomingen van de traditionele verzuiling en willen niet hetzelfde pad op gaan. Daardoor positioneert Agalev zich als een typische links-libertaire, anti-autoritaire kaderpartij. Zo’n partij dankt zijn succes niet aan bureaucratische georkestreerde massa-acties zoals betogingen en stakingen, maar van kleine ludiek-provocerende, mediatieke prikacties. Kenmerkend zijn de kleine professionele staf die van onderuit aangestuurd wordt door lokale groepen, terwijl de inhoudelijke lijn wordt uitgezet door werkgroepen van vrijwilligers. Op ethisch vlak positioneert de partij zich als progressief met een groot zelfbeschikkingsrecht voor het individu. De groenen moeten bij de gemeenteraadsverkiezingen erg veel moeite doen om overal voltallige lijsten in te dienen met kandidaten die ook daadwerkelijk willen verkozen worden. Er komt zelfs een heuse witte vlekkenstrategie aan te pas om in elke gemeente een Agalev-groep te activeren.
 
Rond [[1985]] schommelt het ledenaantal lang rond de 1.000. Door een actieve ledenzorg stijgt dit stelselmatig bij elke verkiezing tot een niveau van 2 à 3.000 omstreeks [[1989]] (in [[2005]] is dat ongeveer 6.500). Dat blijft weinig in vergelijking met het aantal groene kiezers, minder dan 1 procent. Bij de traditionele partijen bedraagt die ratio ongeveer 7 procent.<ref>Peter Mair and Ingrid van Biezen, Party Membership in Twenty European Democracies 1980-2000 In: Party Politics 7 (1)</ref> Bovendien is de band met de kiezer vrij los en indirect. De groene kiezers en leden zijn méér dan gemiddeld kritisch. Agalev moet hen bij elke verkiezing opnieuw overtuigen en knokken voor elke stem. Rond de kern van Agalev-leden trachten de groenen meer sympathisanten te bereiken en de basis te verbreden. Hoewel die situatie perfect overeenkomt met vergelijkbare partijen in het buitenland en met de hele sector van de nieuwe sociale bewegingen bleef de ambitie toch op termijn uit te groeien tot een stabiele, middelgrote partij. Vanaf het begin bekleden vrouwen volop de belangrijkste plaatsen binnen de partij-organen en op de verkiezingslijsten. Die trend wordt verder gezet door vrijwillig en eerder dan de klassieke partijen het ritssysteem toe te passen. Binnen de partijraden leggen de groenen de lat voor zichzelf even hoog: overal moeten vrouwen en mannen evenveel vertegenwoordigd zijn. In dezelfde periode organiseren de jongeren zich apart als Jong-Agalev (tegenwoordig [[Jong Groen]]), allereerst onder de [[Leuven]]se studenten. Zij richten zich vooral op thema’s die jongeren en studenten wakker houden en proberen zo een nieuw publiek aan te spreken.