Meerwaarde (Marx): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
FNAS (overleg | bijdragen)
→‎Absolute en relatieve meerwaarde: Uitgebreidere uitleg van relatieve meerwaarde, inclusief de politieke dimensie daarvan.
Regel 11:
== Absolute en relatieve meerwaarde ==
Met het concept meerwaarde in de hand kan de werkdag verdeeld worden in twee stukken, één waarin de loonarbeider gedurende de noodzakelijke arbeid zijn eigen loonkosten terugverdient, en één waarin hij meerwaarde produceert. Dit leidt tot diverse strategieën voor de kapitalist om de meerwaardevoet te verhogen. De eerste is de productie van ''absolute'' meerwaarde: het verlengen van de werkdag. Aangezien er niet meer dan vierentwintig uur in een dag zitten, arbeiders niet de klok rond kunnen werken, en [[klassenstrijd]] omtrent de werkdag al vroeg tot [[arbeidstijdverkorting]] had geleid (in Engeland werd voor minderjarigen een twaalfurige werkdag ingevoerd in 1833), is deze strategie beperkt inzetbaar.[[Bestand:US productivity and real wages EN.svg|miniatuur|258x258px|Ontwikkeling van de [[Reëel loon|reële lonen]] (rood) afgezet tegen de productiviteit (oranje) in de Verenigde Staten, 1947-2008.]]
Bij gebrek aan absolute meerwaarde moet de kapitalist op zoek gaan naar ''relatieve'' meerwaarde, die onder andere gecreërdgecreëerd wordt door het arbeidsproces [[Productiviteit (economie)|productiever]] te maken (door technologie) of intensiever (door bijvoorbeeld disciplinering). Een verdere methode om relatieve relatieve meerwaarde te verkijgenverkrijgen is de kosten van arbeid, dus de kosten van levensonderhoud van de arbeiders, te verlagen. Het probleem hiermee is dat een kapitalist in bijvoorbeeld de voedselsector (of de woningbouw, enz.) er niet per se belang bij heeft om zijn productiviteit te verhogen ten gunste van de andere sectoren. Dus moet de kapitalistische klasse dit als geheel dit doen, langs [[Politiek|politieke]] weg: door het afdwingen van [[vrijhandel]], die goedkopere levensmiddelen oplevert. Van dit laatste geeft Marx zelf het voorbeeld van de afschaffing van de [[Graanwetten]], om de prijs van brood te drukken. [[David Harvey]] geeft een moderner voorbeeld: de import in de VS van goedkope goederen uit China om de Amerikaanse werkenden goedkoop levensonderhoud te verschaffen zonder de lonen te verhogen.<ref name=":1" />
 
== Noten ==