Achterwielaandrijving: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k DE as
Regel 2:
[[Bestand:Engine mr002.png|thumb|250px|Schema achterwielaandrijving - middenmotor]]
[[Bestand:Engine rr002.png|thumb|250px|Schema achterwielaandrijving - motor achter]]
 
'''Achterwielaandrijving''' is een lay-out-vorm van [[motor]] en [[Overbrenging|transmissie]] die gebruikt wordt in voertuigen, waarbij de motor alleen de achter[[wiel (voortbeweging)|wielen]] aandrijft.
 
Regel 11 ⟶ 10:
 
De eerste auto's die aan het begin van de [[20e eeuw]] op de markt kwamen hadden achterwielaandrijving. Dit was algemeen zo tot op het einde van de [[1970-1979|jaren zeventig]] van de 20e eeuw. Tegenwoordig hebben de meeste auto's [[voorwielaandrijving]] alhoewel [[Mercedes-Benz|Mercedes]] en [[BMW]] meestal achterwielaandrijving hebben.
Auto's met een groot motorvermogen (evenals auto's met [[middenmotor]] 4x44×4 uitgezonderd) zijn ook bijna altijd aangedreven op de achterwielen aangezien het niet mogelijk is om grote vermogens op de voorwielen over te brengen vanwege de gewichtsverplaatsing naar achter. Ook dienen motor en versnellingsbak in de langsrichting te worden ingebouwd bij achterwielaandrijving; het motorvermogen wordt dan door middel van een [[cardanaandrijving]] naar het [[differentieel (werktuigbouwkunde)|differentieel]] op het [[achteras]] overgebracht welke op zijn beurt het vermogen over de wielen verdeelt.
Als de motor in de langsrichting geplaatst wordt heeft deze een groter motorcompartiment nodig, vandaar dat kleinere en middenklassewagens zelden met achterwielaandrijving worden uitgerust.
 
Regel 19 ⟶ 18:
* kan gemakkelijker een groter [[koppel (aandrijftechniek)|koppel]] overbrengen. Tijdens het accelereren vergroot, wegens de traagheid, de contactkracht tussen de aangedreven wielen (achterwielen) en het wegdek.
* geen aandrijfreacties in het stuur, omdat het stuur (voorwielen) niet verbonden is met de aangedreven wielen (achterwielen).
* eenEen verdeling van taken tussen de voor- en het achteras. De vooras zorgt voor het sturen (grip), hetde achteras voor de aandrijving (tractie). Dit is met name gunstig bij hogere motorvermogens.
 
Nadelen: