Analytisch en synthetisch oordeel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Woudpiek (overleg | bijdragen)
aanp.
Regel 1:
Een '''analytisch oordeel''' is een oordeel over een subject waarbij dat wat over het subject wordt gezegd (het ''predicaat'') altijd al vervat ligt in het begrip van het subject: "goud is een metaal" en "de hond is een zoogdier" zijn voorbeelden van dergelijke analytische oordelen. Typisch aan een analytisch oordeel is dat het een [[a priori]] bewering is, en dus niet ontleend is aan de ervaring. Alle [[wiskunde|wiskundige]] stellingen zijn bijvoorbeeld analytisch.
 
Bij een '''synthetisch oordeel''' wordt aan het subject een predicaat toegevoegd zonder dat dit meteen vervat is in dat subject. Voorbeeld: "deze kat is zwart". Dit oordeel komt via waarneming tot stand terwijl bij een analytisch oordeel het analyseren van het begrip van het subject de hoofdrol vervult. Analytische oordelen worden 'noodzakelijk' genoemd terwijl synthetische oordelen [[contingentie|contingent]] zijn - ze kunnen waar of niet waar zijn. Een voorbeeld van [[contingentie]] in een synthetisch oordeel is "Alle T-Fords zijn zwart". Dit is uiteraard niet altijd het geval, het is afhankelijk van het geval en het toeval en kan dus betwist worden.
 
Een analytisch oordeel is onmiddellijk inzichtelijk. Een synthetisch oordeel behoeft [[argumentatieleer|argumentatie]]: het is mogelijk de geldigheid van een synthetische uitspraak te betwisten. Tot vóór [[Immanuel Kant]] meenden filosofen dat ''synthetische oordelen a priori'' niet mogelijk waren, en dat ze dus steeds voortkwamen uit de ervaring (zie verder).