Allersmaborg: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 9:
 
== Het gebouw ==
[[Bestand:Allersmaborg (1).jpg|thumb|350px|De Allersmaborg gezien over de gracht]]
Het huis bestaat uit drie [[vleugel (bouwkunde)|vleugels]]. De zuidvleugel is het oudste gedeelte van de borg en is deels onderkelderd. De noordvleugel stamt uit de 16e eeuw, terwijl de oostvleugel uit begin 18e eeuw stamt, waarop iets na 1817 een [[Bel-etage (verdieping)|Bel-etage]] werd geplaatst. Aan voorzijde heeft de borg een symmetrische uitstraling. Intern bestaat de borg uit een achterhuis en een voorhuis. Het in oorsprong mogelijk 14e of 15e eeuwse achterhuis wordt gedekt door een 17e eeuwse kap, bestaande uit eiken bok[[Spant (bouwkunde)|spanten]] met gebogen voet. Bij het begin 18e eeuwse voorhuis werden ook stenen gebruikt van ouder muurwerk. Dit is te zien aan de grotere en oudere bakstenen in het muurwerk langs de gracht, die tot een hoogte van 4,8 meter zichtbaar zijn. Het voorhuis is verdeeld in de notariskamer, de rode, blauwe en gele kamer, de opkamer en de keuken. Achter de ingang bevindt zich een 18e eeuwse wandbetimmering met wandfonteintje, die uniek is in Nederland.<ref name=":4">{{Citeer web|url=mms://wmvideo.service.rug.nl/bureau/studenten/johandehaanhal.wmv|titel=Johan de Haan, cultuurhistoricus, over de hal van de Allersmaborg|bezochtdatum=27 augustus 2016|auteur=Carmen Schilstra (presentatrice), Johan de Haan (cultuurhistoricus)|datum=1 maart 2006|werk=De Onderste Steen|uitgever=RTV Noord}}</ref> In het achterhuis bevinden zich het koetshuis (met de vroegere stallen) en twee slaapzalen. Deze indeling is tot stand gekomen bij de laatste verbouwing van 2005. Bij deze verbouwing werden de kamers in 19e eeuwse stijl ingericht, met gebruikmaking van meubelen uit de collectie van het [[Groninger Museum]], waaronder meubelen die vroeger toebehoorden aan de familie De Marees Van Swinderen, die de borg bewoonde in de 19e eeuw.<ref>{{Citeer web|url=https://www.rug.nl/alumni/stay-involved/broerstraat-5/pdf/broerstraat5_2007_2.pdf|titel=Lamsbout en Reitdieppaling|auteur=Jonna Brenninkmeijer|datum=juli 2007|werk=Broerstraat 5|uitgever=Rijksuniversiteit Groningen|paginas=p. 23}}</ref>
 
Het huis bestaat uit drie [[vleugel (bouwkunde)|vleugels]]. De zuidvleugel is het oudste gedeelte van de borg en is deels onderkelderd. De noordvleugel stamt uit de 16e eeuw, terwijl de oostvleugel uit begin 18e eeuw stamt, waarop iets na 1817 een [[Bel-etage (verdieping)|Belbel-etage]] werd geplaatst.<ref name=":5" /> Aan voorzijde heeft de borg een symmetrische uitstraling. Intern bestaat de borg uit een achterhuis en een voorhuis. Het in oorsprong mogelijk 14e of 15e eeuwse achterhuis wordt gedekt door een 17e eeuwse kap, bestaande uit eiken bok[[Spant (bouwkunde)|spanten]] met gebogen voet. Bij het begin 18e eeuwse voorhuis werden ook stenen gebruikt van ouder muurwerk. Dit is te zien aan de grotere en oudere bakstenen in het muurwerk langs de gracht, die tot een hoogte van 4,8 meter zichtbaar zijn. Het voorhuis is verdeeld in de notariskamer, de rode, blauwe en gele kamer, de opkamer en de keuken. Achter de ingang bevindt zich een 18e eeuwse wandbetimmering met wandfonteintje, die uniek is in Nederland.<ref name=":4">{{Citeer web|url=mms://wmvideo.service.rug.nl/bureau/studenten/johandehaanhal.wmv|titel=Johan de Haan, cultuurhistoricus, over de hal van de Allersmaborg|bezochtdatum=27 augustus 2016|auteur=Carmen Schilstra (presentatrice), Johan de Haan (cultuurhistoricus)|datum=1 maart 2006|werk=De Onderste Steen|uitgever=RTV Noord}}</ref> In het achterhuis bevinden zich het koetshuis (met de vroegere stallen) en twee slaapzalen. Deze indeling is tot stand gekomen bij de laatste verbouwing van 2005. Bij deze verbouwing werden de kamers in 19e eeuwse stijl ingericht, met gebruikmaking van meubelen uit de collectie van het [[Groninger Museum]], waaronder meubelen die vroeger toebehoorden aan de familie De Marees Van Swinderen, die de borg bewoonde in de 19e eeuw.<ref>{{Citeer web|url=https://www.rug.nl/alumni/stay-involved/broerstraat-5/pdf/broerstraat5_2007_2.pdf|titel=Lamsbout en Reitdieppaling|auteur=Jonna Brenninkmeijer|datum=juli 2007|werk=Broerstraat 5|uitgever=Rijksuniversiteit Groningen|paginas=p. 23}}</ref>
 
Rechtsvoor de borg staat het klerkenhuis uit 1853, destijds gebouwd voor de klerk van notaris Van Swinderen. Dit gebouw deed lange tijd dienst als tentoonstellingsruimte, maar heeft bij de verbouwing van 2005 een keuken en badkamer gekregen, zodat het geheel apart kan worden gebruikt als tijdelijke woonruimte. Voor het klerkenhuis staat een [[duiventil]] uit 1977, die een [[replica]] is van de vroegere 18e eeuwse duiventil in haar 19e eeuwse gedaante.
 
<gallery heights=200 widths=200>
Interieur, overzicht van de ontvangsthal en fontein met en suite-vertrek - Ezinge - 20380725 - RCE.jpg|Vestibule met wandbetimmering in Louis XIV stijl met in het midden het wandfonteintje
Interieur, houtsnijwerk boven fonteintje in de ontvangsthal - Ezinge - 20380727 - RCE.jpg|Detail van de aliantiewapens van Reneke Busch de Marees en Anna van Gessler in de wandbetimmering
Interieur, overzicht van kamer rechts voor met schouwpartij - Ezinge - 20380861 - RCE.jpg|Gele kamer met [[schouw (haard)|schouw]]
Interieur, overzicht van vertrek rechts achter - Ezinge - 20380729 - RCE.jpg|Groene kamer
Interieur, overzicht van kelder met oude potkachels - Ezinge - 20380863 - RCE.jpg|Kelder met [[potkachel]]s
Overzicht van paardenbox in het koetshuis - Ezinge - 20380897 - RCE.jpg|Paardenboxen in het koetshuis
</gallery>
 
== Geschiedenis ==
Regel 26 ⟶ 37:
 
Na de dood van Sirp in 1625, waren zijn kinderen uit zijn tweede huwelijk nog minderjarig. Zijn zoon Duirt Elema trouwde in 1639 met Meeuwertien Fockens. Na zijn huwelijk verkreeg hij in de loop der tijd door het uitkopen van de andere erfgenamen Allersma volledig in eigendom. Hij was onder andere erfschepper van Ezinge en [[Hardeweer]] en medegecommiteerde van de [[Admiraliteit van Friesland|admiraliteit tot Harlingen]] en medegecommiteerde van de Raad der Ommelanden. Hij was het die de heerd rond 1650 liet verbouwen tot een landhuis met singels, een gracht met een ophaalbrug en een [[duiventil]]; een [[Heerlijkheid (bestuursvorm)|heerlijk recht]]. Aan het achterhuis liet hij aan noordzijde een aanbouw maken van een bouwlaag. Mogelijk liet hij toen ook het 17e-eeuwse dak op het achterhuis plaatsen. Duirt bezat ook twee huizen in de [[Turftorenstraat]] in de stad Groningen. Hij was [[hoofdeling]], maar geen jonker. Toch begon men het vanaf die tijd aan te duiden als borg. Duirt trouwde drie maal, maar al zijn negen kinderen overleden jong. In 1682 overleed hij en stierf het geslacht Elema van Allersma in mannelijke lijn uit.
 
<gallery heights=280 widths=200>
Anna Elema.jpg|Anna Elema (onbekende schilder 1598)
Duurt Sirps Elema Tho Allersma.jpg|Duirt Sirps Elema ([[Jan Jansz. de Stomme]], 1646), [[pendant]] met zijn vrouw
Meenwertien Fockens.jpg|Meenwertien Fockens, vrouw van Duirt Sirps Elema (Jan Jansz. de Stomme, 1645)
</gallery>
 
=== Families Busch, De Marees en Van Swinderen ===
Regel 42 ⟶ 59:
 
Reneke was getrouwd met Pompeja Anna Frederica Siertsema en kreeg twee kinderen; een dochter met de naam Agnes Maria die jong overleed en een zoon die hij net als hem de naam Reneke Meinard Adriaan gaf. Met deze zoon, die ging werken als [[Dressuur#Hogeschooldressuur|hogeschoolrijder]] in het circus, kreeg hij ruzie over Allersma. Zijn zoon overleed vervolgens op 32-jarige leeftijd in Frankrijk, waardoor hij kinderloos achterbleef. Ten slotte overleed ook zijn vrouw. De families De Marees en Van Swinderen waren ondertussen gebrouilleerd met elkaar geraakt.<ref name=":0" /> Reneke wist dat zijn neven en nichten uit beide families weinig aan de borg gelegen was en gaf daarom vervolgens zijn porceleinverzameling en enkele schilderijen van zijn voorouders aan het [[Groninger Museum]] om te voorkomen dat deze na zijn dood naar elders zouden verdwijnen. In 1899 overleed hij: volgens zijn overlijdensadvertentie in zijn slaap, maar volgens de overlevering hangend uit het raam van zijn slaapkamer als gevolg van een [[astma]]-aanval.<ref>Mogelijk leidde dit verhaal ertoe dat er later verhalen ontstonden dat het spookte in de slaapkamer. Ook kunstenares Annie Vrieze dacht dat het er spookte ([http://www.dekrantvantoen.nl/vw/article.do?v2=true&id=NVHN-20010108-AE0003010 bron]).</ref> Omdat zijn neven en nichten inderdaad geen belang bleken te hebben bij het geheel, lieten ze het huis leeghalen en zetten het voor het eerst in zijn geschiedenis te koop en wel op afbraak.
 
<gallery heights=200 widths=300>
|
Interieur kerk, herenbank - Ezinge - 20399896 - RCE.jpg|Herenbank met de wapens van Reneke Busch de Marees en Anna van Gessler in de [[kerk van Ezinge]]
</gallery>
 
=== Sloop voorkomen en gebruik als notaris- en rentenierswoning ===
Het Groningse kalksteenbedrijf Switters en Terpstra kocht vervolgens de borg voor 7175 gulden met de bedoeling het geheel af te breken.<ref>{{Citeer web|url=http://www.delpher.nl/nl/kranten/view?identifier=ddd%3A010886502%3Ampeg21%3Aa0034|titel=Afloop van verkoopingen|werk=Nieuwsblad van het Noorden|datum=19-12-1899|paginas=p. 3}}</ref> Vervolgens liet zij het bos van Allersma bij de borg met eiken, iepen, essen en notenbomen kappen, brak het zomerhuisje op de dijk af en sloopte alvast de [[Schouw (haard)|schouwen]] uit de borg. Rijksarchivaris [[Johan Adriaan Feith]] sprak in de Groninger volksalmanak van 1901 schande van de voorgenomen sloop van de Allersmaborg. Hij beschouwde de sloop van een van de weinige overgebleven landhuizen en het slechten van een van de zeldzame landgoederen van Groningen met haar singels, lanen, grachten en tuinen als verwerpelijk. Hij schreef het stuk nog in 1899 en sprak de verwachting uit dat nog vóór de twintigste eeuw het gebouw gesloopt zou zijn. In 1901 en later in 1960 ondernamen nazaten van de familie Oomen een tevergeefse poging om de borg te kopen. Zij stellen dat Anna Oomen, geboren in 1884<ref>{{Citeer web|url=http://www.allegroningers.nl/personen/weergave/register/layout/blader/id/aa8149af-7df1-c732-74ff-c93bc7e0da2c/q/persoon_achternaam_t_0/oomen/q/persoon_rol_s_0/0/q/persoon_rol_s_1/0?sort=datum_i&direction=asc&persoon=Sm9oYW5uYSBFdmVyaGFyZGEgT29tZW4gMjUtMDktMTg4NCBBa3RlbnVtbWVyIDExNzM%3D&image=0ae8e7fe-d6d2-20c8-9c70-104ba441a467&tmpl=blader|titel=Johanna Everharda Oomen 25-09-1884|datum=25-09-1884|werk=Alle Groningers}}</ref>, een kind is van Johanna Everharda Oomen en Reneke Meinard Adriaan de Marees van Swinderen.<ref name=":0" /> Uiteindelijk was het echter Jan Willem Bolt, de opvolger van Reneke als notaris in Ezinge, die de sloop wist te voorkomen door het huis over te kopen van het sloopbedrijf om er vervolgens zelf te gaan wonen. In 1913 kocht zijn opvolger, notaris Hendrik van Veen de borg. Deze verkeerde toen in slechte staat. Een jaar eerder schreef historicus [[Johan Huizinga]] in de Groninger volksalmanak nog als een van de borgen die "op kommerlijke wijs" bestonden.<ref>Huizinga, J. (1911), "Naar aanleiding van Coenders' kaart van Groningen en Ommelanden", ''Groningsche volksalmanak (1912)'', p. 212, noot 1</ref> Van Veen verving de druivenkas bij het klerkenhuis in 1915 door een [[prieel]]. In 1923 kocht de rentenierende Garnwerder landbouwer Olfert de Boer de borg en knapte huis en tuin weer op. In zijn tijd werd er jaarlijks tussen 1926 en 1937 in de zomer onder leiding van een dominee het Boschfeest gehouden, met christelijke muziekkorpsen en zangkoren. In 1939 onderhandelde hij met de vereniging [[Groninger Gemeenschap]] van [[Hans Linthorst Homan|Linthorst Homan]] om de borg over te nemen<ref>{{Citeer web|url=http://www.delpher.nl/nl/kranten/view?identifier=ddd%3A010676698%3Ampeg21%3Aa0250|titel=Andere plaatsen|datum=30 juni 1939|werk=Nieuwsblad van het Noorden|paginas=p. 17}}</ref>, maar mogelijk zorgde de Tweede Wereldoorlog ervoor dat het plan niet doorging. In 1942 maakte de Groningse 'kastelen-schilder' [[Anco Wigboldus]] een vogelvluchtperspectief van de borg, waarbij hij echter meer naar het roemrijke verleden tekende dan naar de actualiteit in 1942.<ref>{{Citeer web|url=http://web.archive.org/web/20100102114137/http://www.rug.nl/allersmaborg/Historie_en_foto/omgeving|titel=Omgeving|werk=Allersmaborg|datum=1 augustus 2006|uitgever=Rijksuniversiteit Groningen (Internetarchief)}}</ref><ref name=":5">{{Citeer web|url=http://www.marcomprint.nl/cms/upload/kohn/artikelen2007/94xOd4LT4HhL0j9d.pdf|titel=Een ontmoetingsplek met een publieke bestemming in een monumentaal pand: De Allersmaborg in Ezinge als alumnihuis van de Rijksuniversiteit Groningen|auteur=Tjakko Kars|datum=2007|paginas=pp. 13-16}}</ref> Na het overlijden van De Boer in 1943 werd het huis gebruikt als dependance van het Rijksarchief in Groningen (huidige Groninger Archieven). In de oorlogsjaren deed de borg tevens dienst als [[Onderduiken (Tweede Wereldoorlog)|onderduikadres]]. Het landgoed werd ondertussen gebruikt door dagjesmensen uit Groningen.
 
=== Kunstenaarskolonie rond Annie Vriezen ===
Regel 52 ⟶ 74:
 
De gemeente Ezinge had te weinig geld voor het onderhoud, waardoor de borg steeds verder verviel. Tevergeefs probeerde zij de borg te verkopen op voorwaarde dat deze bewoond zou worden en het terrein een openbare functie zou krijgen. Uiteindelijk droeg de gemeente in 1970 de borg en het omringende landgoed daarom voor een symbolisch bedrag van 1 gulden over aan [[Staatsbosbeheer]]. Tissing en Vriezen gingen in 1973 uit elkaar, waarop Tissing de borg verliet. Vriezen had vervolgens een relatie met Blaauw tussen 1973 en 1983, maar bleef daarna alleen wonen op de borg omdat de meesten het er toch te eenzaam vonden.<ref name=":2" /> In 1977 schreef [[Els Pelgrom]] op de borg haar boek ''De kinderen van het Achtste Woud''.
 
[[Bestand:Allersmaborg - boomgaard.jpg|thumb|300px|Toegang tot de door Staatbosbeheer herstelde boomgaard]]
 
Op initiatief van Vriezen werd de borg tussen 1976 en 1977 gerestaureerd onder leiding van architect [[Pieter Lauwrens de Vrieze]]<ref>{{Citeer web|url=http://www.dekrantvantoen.nl/vw/article.do?v2=true&id=NVHN-20020302-AE0010001|titel=Borgenstichting alweer 25 jaar jong|auteur=Harry Wubs|datum=2 maart 2002|werk=Nieuwsblad van het Noorden|paginas=p. 10}}</ref> en amateur-historicus [[Gerrit Overdiep]], waarbij deze werd teruggebracht in 19e-eeuwse staat. De kosten bedroegen ruim een miljoen gulden, waarvan 50% werd betaald door het Rijk, 30% door de gemeente Ezinge en 20% door de provincie Groningen.<ref>{{Citeer web|url=http://cultuurtijdschriften.nl/download?type=document&docid=457183|titel=„Allersmaborg“ gerestaureerd|bezochtdatum=27 augustus 2016|auteur=Toos Bartelds|datum=1978|werk=Heemschut : tijdschrift van de bond Heemschut|uitgever=Bond Heemschut|paginas=pp. 70-71}}</ref> De duiventil werd gesloopt en vervangen door een exacte replica. Staatsbosbeheer plantte de aanpalende boomgaard vol met oude fruitrassen, onderhield de Engelse tuin en gaf de borg in erfpacht aan de provincie Groningen, die het in beheer gaf bij de [[Stichting Groninger Borgen]], die de borg weer doorverhuurde aan Annie Vriezen. Zij had wel alles uit de kast moeten trekken om de borg als expositieruimte te behouden. Er waren namelijk plannen om de borg in te richten als dependance van het [[Nationaal Rijtuigmuseum]] in Nienoord.<ref name=":3">{{Citeer web|url=http://www.dekrantvantoen.nl/vw/article.do?v2=true&id=NVHN-19870515-AE0023001|titel=Tien jaar 'Allersmaborg' met beeldenpresentatie|auteur=Friggo Visser|datum=15 mei 1987|werk=Nieuwsblad van het Noorden|paginas=p. 23}}</ref> Ter gelegenheid van de voltooiing van de restauratie hield Vriezen in 1978 een tentoonstelling in het koetshuis waaraan naast Tissing, Vriezen, Blaauw, Sannes en Waskowsky ook [[Jan de Boer]], [[Magdalena Abakanowicz]] en [[Henk Keimpema]] deelnamen. Het succes van deze expositie leidde ertoe dat het koetshuis definitief als expositieruimte in gebruik genomen werd en wel voor jonge kunstenaars, die hier hun eerste werk konden tonen.<ref name=":3" /> Zo exposeerden onder andere de kunstenaars [[Gerlof Hamersma]], [[Els Otten]] en [[Marie-Louise Schmier]] op de beeldenexpositie "Tien seizoenen kunst op de borg", exposeerde [[Fie Werkman]] er in 1980, 1986 en 1997<ref name=":2">{{Citeer web|url=http://www.dekrantvantoen.nl/vw/article.do?v2=true&id=NVHN-19970405-AE0015004|titel=Twintig jaar goede en slechte tijden op de Allersmaborg|auteur=Welmoed van der Goot|datum=5 april 1997|werk=Nieuwsblad van het Noorden|paginas=p. 15}}</ref> en nam in 1983 [[Jonne Severijn]] op de borg de film ''Dodenakker'' op.<ref name=":1" /> Vanaf 1983 werd Vriezen in haar werk bijgestaan door de Stichting Expositiecentrum Allersmaborg.
Regel 71 ⟶ 95:
=== Afbeeldingen ===
<gallery widths="160" heights="160">
Brug voorjaar.jpg|Entree met ophaalbrug
Allersmaborg1.jpg|De Allersmaborg (2007)
Interieur, detail van de kapconstructie, met telmerken op balken - Ezinge - 20380883 - RCE.jpg|Gebinten van rond 1500 met[[telmerk]]en
Allersmaborg2.jpg|Zijaanzicht (2007)
Overzicht van de klerkenwoning met gedeelte van prieel - Ezinge - 20380719 - RCE.jpg|Klerkenhuis
Prieel allersma.jpg|Prieel naast het klerkenhuis
</gallery>