Leenrecht (feodaal recht): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Robbot (overleg | bijdragen)
k Robotgeholpen doorverwijzing: Griffier - Koppeling(en) gewijzigd naar griffier (rechtbank)
Regel 1:
Met '''leenrecht''' wordt een uitgebreid [[gewoonterecht|costume]] bedoeld ten tijde van het feodale leenstelsel.
 
Het leenrecht regelde de rechten en plichten tussen de [[leenheer]] en de leenman, de persoon die een gebied in beheer kreeg. Stierf de leenman dan had diens zoon, als opvolger, het recht op dat leen, boven een buitenstaander. Tot het moment dat er geen opvolgeling meer is. Meestal ging het leen dan naar een ander, waarbij deze meestal een pandsom moet aflossen aan de leenheer. In een groot aantal gevalen werden deze afspraken vastgelegd in een meervoudig verslag, opgemaakt door een [[griffier (rechtbank)|griffier]] of een [[baljuw]]. Zo'n verslag werd in het [[graafschap Vlaanderen]] een [[denombrement]] genoemd. Het gebeurde echter ook dat de heer de grond weer naar eigen beheer trok.
Vóór de [[Franse Revolutie]] kenden de [[Lage Landen (staatkunde)|Nederlanden]] verschillende gewoonterechtsgebieden, waar verschillende ''costumes'' of ''costuimen'' heersten. Met de institutionele hervormingen van de Franse Revolutie werd de regionale costumen afgeschaft en vervangen door een centrale geschreven wetgeving, die werden samengevoegd tot de ''[[Code Napoleon]]'', daarmee werd de grondslag gelegd van het zogenaamde statutaire recht.