Samuel Corneille Jean Wilhelm van Musschenbroek: verschil tussen versies

Na een verlofperiode in Nederland kwam hij in 1862 terug op Java. Hij werd benoemt tot controleur in [[Karangbanjar]]. Oktober het jaar erop werd hij gepromoveerd tot controleur eerste klas in [[Ambarawa (plaats in Pringsewu)|Ambarawa]] ([[Sumatra]]). Hij was in 1865 getuige van een grote aardbeving aldaar en deed daarover verslag in het Natuurkundig Tijdschrift van Nederlands Indië. In 1867 werd hij benoemd tot assistent-resident van [[Bogor (stadsgemeente)|Buitenzorg]]. Daarna werd hij benoemd tot resident van [[Ternate (eiland)|Ternate]]. Op Java en Ternate was hij als bestuursambtenaar betrokken bij verschillende bloedige geweldsincidenten. In 1877 keerdekwam hij wegens ziekteverlof samen met zijn vrouw en kinderen naarin Nederland aan. Eerst vestigde hij zich in [[Deventer]] en later in [[Leiden]]. Hij kreeg in augustus 1878 eervol ontslag. Hij werd aangesteld als directeur van de dan nieuw opgerichte Koloniale Vereniging te Amsterdam. Verder wijdde Van Musschenbroek zich in Nederland aan het uitwerken van alle gegevens die hij verzameld had en maakte hij kaarten van de regio [[Minahasa (regio)|Minahasa]], van de bocht van de [[Tomini]] en van een deel van de noordelijke [[Molukken]]. In 1880 werd hij lid van de [[Maatschappij der Nederlandse Letterkunde]], corresponderend lid van het Indisch Aardrijkskundig Genootschap en werd hij [[Ridderorde (onderscheiding)|ridder]] in de [[Orde van de Nederlandse Leeuw]]. In 1881 werd hij benoemd tot lid van de [[Centraal Bureau voor de Statistiek|Statistische Vereniging]].