Staatsobligatie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 94.209.71.45 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door 77.160.4.121
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2:
Een '''staatsobligatie''' (ook wel '''staatslening''') is een [[obligatie]] aangegaan door een [[overheid]]. In [[Nederland]] worden deze obligaties op de [[markt (economie)|markt]] gebracht door het [[Het Agentschap|Agentschap van het ministerie van Financiën]], gevestigd in [[Den Haag]]. Dit agentschap trekt langlopende en kortlopende leningen aan om het financieringstekort van het [[Nederland|Rijk]] te dekken.
 
Een aantal keren per jaar plaatst het Agentschap langlopende staatsleningen op de openbare [[kapitaalmarkt]]. Beleggers kunnen daarop inschrijven. Hieronder wordt daar verder op ingegaan:
 
==Systemen van uitgifte van leningen==
Regel 30:
 
==Effectief rendement==
Het [[effectief rendement]] houdt naast het couponrendement nog rekening met winst of verlies bij aflossing. In sommige bladen - zeker de vakbladen en bijvoorbeeld ook de Volkskrant en NRC Handelsblad - staat het effectief rendement afgedrukt bij elke lening. We kunnen het op de onderstaande manier berekenen.
 
De 7% Staatslening 93-03 wordt in 2003 in zijn geheel afgelost. De vervaldag van de coupon van deze lening is jaarlijks op 15 februari. De beurskoers op 15 mei 1995 is 101,25%. Wie op die dag zo'n obligatie van €1000 koopt voor € 1012,50 heeft bij aflossing € 12,50 nadeel. Omdat het rendement op jaarbasis wordt berekend, moet dit nadeel uitgesmeerd worden over de resterende looptijd van de lening. De resterende [[Looptijd (financiering en belegging)|looptijd]] betreft 15 mei 1995 tot 15 februari 2003, dat is 7 jaar en 9 maanden (omgerekend 7,75 jaar).