Betar (zionisme): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k link
Wikipedia:Wikiproject/SpellingCheck. Help mee!, replaced: dienst doe → dienstdoe met AWB
Regel 14:
Na de oorlog in 1920 kreeg [[Groot-Brittannië]] het mandaat over Palestina. Dit omvatte ongeveer het huidige Israël, het huidige [[Palestina (staat)|Palestina]] (de [[Westelijke Jordaanoever]] en de [[Gazastrook]]) en [[Jordanië]].
Jabotinski werd in 1920 gearresteerd bij rellen tijdens het Islamitische Nebi-Musa feest in [[Jeruzalem]] als commandant van de illegale paramilitaire organisatie [[Hagana (organisatie)|Hagana]]; later weer vrijgelaten. Trumpeldor sneuvelde in 1920 in een vuurgevecht in [[Tel Chai]], een door Joden gestichte buitenpost op de grens van [[Libanon]] dat onder Frans militair bestuur stond. (In 1950 is vlak daarnaast het huidige [[Kirjat Sjmona]] gebouwd). In Tel Chai is een monument opgericht, een standbeeld van een leeuw met de laatste woorden die Trumpeldor had gesproken: "Een davar, tov lamoet be'ad artsenoe" ("Het geeft niet, het is goed om te sterven voor ons land").
In 1923 brak Jabotinski met de Algemene Zionistische Beweging, omdat hij die te socialistisch en te communistisch vond.
 
Leden van Betar droegen oorspronkelijk bruine, later ook zwarte uniformen. In Palestina droegen veel Betar-leden een lichtgekleurde korte broek. Ze deden gevechtstraining met o.a. houten stokken, geweren en sabels. Een lied dat Jabotinski in 1932 in Parijs had geschreven werd onmiddellijk het Betar-lied (Sjier Betar).
Regel 33:
 
===Menachem Begin en Betar===
De latere premier van [[Israël]], [[Menachem Begin]], kwam uit de Betar-beweging en speelde er een belangrijke rol in. Op 15-jarige leeftijd werd hij lid van de ''snief'' van [[Brest-Litovsk]], dat toen deel uitmaakte van Polen, waarvan hij in 1939 chef werd. Brest-Litovsk had toen een bevolking van 70.000 inwoners, waarvan 30.000 Joods waren. Op 1 september 1939 viel het leger van nazi-Duitsland Polen binnen en werd Warschau door de Duitse luchtmacht gebombardeerd. Begin nam op 7 september met zijn vrouw Aliza en een ander echtpaar de trein naar het zuidwesten van Polen en later naar [[Vilnius]] (Pools:[[Wilno]]) in het oosten van Polen, om daar zijn werk voor Betar voort te kunnen zetten en om naar Palestina te kunnen vluchten. In juni [[1940]] viel het [[Rode Leger (Sovjet-Unie)|Rode leger]] van de [[Sovjet-Unie]] het oosten van Polen binnen. In september van dat jaar werd [[Menachem Begin]] in Vilnius door de [[NKVD]] gearresteerd en later door de geheime dienst van de [[Sovjet-Unie]] veroordeeld tot acht jaar dwangarbeid in een [[Goelag|werkkamp]] in [[Siberië]].
 
In [[1941]] werd hij vrijgelaten en kon hij, omdat hij Pool was, dienst doendienstdoen in het [[Poolse Tweede Korps]] en zo de Sovjet-Unie verlaten. Het Poolse Tweede Korps trok via [[Perzië]] en het [[Midden-Oosten]]. In mei [[1942]] kwam Begin in [[Mandaatgebied Palestina|Palestina]] aan. Hier werd hij overgehaald zich bij de [[Irgoen|Irgoen Tsvaï Leoemi]] aan te sluiten. [[Władysław Anders]], de generaal die leiding gaf aan het [[Poolse Tweede Korps]], gaf hem de vrije keuze om in Palestina te blijven of met hem mee te trekken.
 
Eind 1943 nam Begin op voordracht van Ya'akov Meridor de leiding van de Irgoen over. Menachem Begin leefde ondergedoken, omdat hij gezocht werd door het Britse leger voor het verspreiden van posters van de Irgoen, die tegen het Britse bestuur vocht voor Joods zelfbestuur. De [[Hagana (organisatie)|Haganah]] stond vaak vijandig ten opzichte van de Irgoen. Na de moord op [[Lord Moyne|David Guiness]] in 1944 door Lechi-strijders leverden ze Irgoen-leden uit aan de Britten.
 
De Irgoen, de [[Lechi]] en de Haganah werkten rond 1946 echter ook tien maanden samen tot 1946 [[Bomaanslag op het Koning Davidhotel|de bomaanslag op het Britse hoofdkwartier in het King David Hotel]].
 
Het Revisionistische Zionisme en het algemene Zionisme gingen in 1946 weer samen op in het [[Zionisme]].