Kees Kaptein: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Wassenaar vervangen door Waalsdorpervlakte (reden: wordt bij overige daar geëxecuteerde oorlogsmisdadigers ook zo vermeld)
k red.; maar waarom denkt men zo vaak een artikel te schrijven door een hoop quotes aan elkaar te plakken?
Regel 25:
 
===Geen berouw===
Op [[oudejaarsavond]] 1944 arresteerde Kaptein een Joodse familie waarbij hij de vader van het gezin toewierp: ''“Jij"Jij gaat met een ster op naar Vught”''Vught" (waarmee hij bedoelde [[Kamp Vught]] bedoelde). Tijdens de verhoren voor zijn [[rechtszaak]] beantwoordebeantwoordde Kaptein de vragen over deze gebeurtenis op een ''“snijdenden"snijdenden min of meer bevelende toon”''toon", schreef een aanwezige [[redacteur]] van dagblad [[De Tijd (Nederland)|De Tijd]]. Daarbij hief de aangeklaagde man meermaals op beschuldigende wijze zijn wijsvinger en probeerde zijn slachtoffers van de oudejaarsavond te beschuldigen van op ''“minder"minder oirbare wijze een vermogen bijeen gekregen te hebben”''hebben", terwijl hij laatdunkend sprak van ''“de"de Jood S.”''". De [[journalist]] verklaarde niet veel fantasie nodig te hebben om zich Kaptein voor te stellen tijdens zijn misdaden in de oorlogsjaren. De vrouw van de betreffende Joodse man, die zelf de oorlog niet had overleefd, verklaarde dat de rug van haar man tot bloedens toe door Kaptein was geslagen en ook zijzelf had rake klappen van hem gekregen. Kaptein ontweek de vraag van de [[President van de rechtbank]] of hij toegaf dat dit was gebeurd, maar ontkende het niet. Tijdens de rechtszaak kwamen vele voormalige [[Onderduiken (Tweede Wereldoorlog)|onderduikers]] aan het woord die uit eerste hand getuigden hoe zij en hun Joodse familieleden door Kaptein waren [[Mishandeling|mishandeld]]. Hij schuwde er niet van om iemand met een [[Haardstel|gloeiende pook]] te slaan, een hand in een [[kachel]] te duwen of hun hoofd net zo lang onder water te houden tot zijn slachtoffers bewusteloos raakten. Sommigen had hij ter [[vernedering]] vele kniebuigingen laten maken en tevens eigende hij zich vele persoonlijke bezittingen toe, waaronder sieraden, geld en [[Waardepapier|waardepapieren]]. Zijn sessies martelingenmartelsessies konden zes uur lang duren. Vele mensen konden vertellen over familieleden en vrienden die door zijn toedoen waren [[Deportatie|gedeporteerd]] naar [[Concentratiekamp|concentratiekampen]] en niet teruggekeerd na de bevrijding. De journalist schreef dat Kaptein niet alles probeerde te ontkennen: ''“Als"Als getuigen verklaren dat hij hunhen met een stoelpoot heeft geslagen en in een bad met koud water heeft laten zitten, knikt hij bevestigend".”''
 
===“Ernstigste en afschuwelijkste geval van Jodenvervolging”===
In zijn [[requisitoir]] sprak [[Advocaat-generaal|Procureur-fiscaal]] mr. P.S. de Gruyter van ''“het"het ernstigste en afschuwelijkste geval van Jodenvervolging in Nederland”''Nederland". Volgens zijn eigen uitlatingen had de chef-rechercheur van het Judenreferat 1750 tot 2000 Joden naar Polen gestuurd. Hij had zich daarbij een groot vermogen aan bezittingen toegeëigend. Uit berekeningen bleek dat het om miljoenen [[Nederlandse gulden|guldens]] ging.<ref ''(tergroup="noten">Ter vergelijking: ƒ 1 miljoen in 1948 staat gelijk aan bijna € 4,5 miljoen in 2015)''</ref><ref>[http://www.iisg.nl/hpw/calculate-nl.php Waardecalculator Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis]</ref> Op 25 maart eiste de De Gruyter de doodstraf tegen Kaptein.
 
===Doodstraf===
Regel 34:
 
===Beroep===
Kees Kaptein ging in beroep bij de [[Bijzondere rechtspleging|Bijzondere Raad van Cassatie]], waar de zaak op 9 september 1948 werd behandeld. De president, prof. mr. H. Haga, richtte zich tot de veroordeelde: ''“In"In het geheel tel ik 45 namen van mensen, die door uw toedoen de dood vonden”''vonden". Kaptein verklaarde ''“een"een doodgewone politieman te zijn, die zich in het begin van de oorlog had afgevraagd wie de winnaar zou zijn. Hij kwam tot de conclusie, dat Duitsland de oorlog zou winnen en achtte zich als politieman verplicht de Duitse orde te helpen handhaven.”''" Op 13 oktober 1948 bekrachtigde de Bijzondere Raad van Cassatie het eerder opgelegde doodvonnis.
 
==Terechtstelling==
Kort voor zijn executie [[Bekering|bekeerde]] Kaptein zich tot het [[Rooms-katholieke Kerk|Rooms-katholieke]] geloof. De [[Aalmoezenier|hoofdaalmoezenier]] van de [[Penitentiaire Inrichting Haaglanden|Haagse Strafgevangenis]], C. Kroon, zei daarover: ''“Het"Het is waarlijk te mooi”''mooi". Nadat een verzoek om gratie was afgewezen werd op 21 juli 1949 het doodsvonnis van de toen 34 jarige Kees Kaptein voltrokken op de [[Waalsdorpervlakte]] in de duinen bij Den Haag.
 
==Lou de Jong==
Historicus [[Lou de Jong]] vroeg zich af in deel zes van zijn standaardwerk [[Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog]], waarom relatief weinig van dergelijke politiemensen hun daden met de dood hadden moeten bekopen. Hij telde er vier: ''“ {{Citaat|[[Wim Henneicke|Henneicke]] die in december '44 in Amsterdam door een verzetsgroep geliquideerd werd, en aan [[Abraham Kaper|Kaper]], [[Peter Schaap (SD'er)|Schaap]] en Kaptein wier doodvonnissen ten uitvoer gelegd werden. Alle overigen kregen gratie of werden niet eens tot de zwaarste straf veroordeeld.” en(...) “WijWij achten dat feit (...) in schril contrast te staan met de executie van [[Ans van Dijk]].”''}}
 
De Jong stelde: ''“Een{{Citaat|Een betrekkelijk klein aantal politiemannen en Polizeiangestellten heeft een ontstellend hoog aantal slachtoffers gemaakt, louter door eigen speurwerk, soms in aansluiting op anonieme dan wel op naam gestelde denunciaties. Zij verrichtten hun abjecte taak niet in enige dwangpositie. De meesten hunner waren NSB’ers die de Joden graag naar het oosten zagen verdwijnen waar dezen dan, zo Dusschoten, konden ‘verrekken’. Van de vele duizenden die zij gearresteerd, veelal mishandeld en vervolgens aan de [[Sicherheitspolizei und SD|Sicherheitspolizei]] ter deportatie uitgeleverd hebben, zijn slechts zeer weinigen teruggekeerd.“''}}
 
==Bronnen==
Regel 60:
* [http://www.delpher.nl/nl/kranten “Ex-politieman willig apparaat der Duitsers”; De Tijd: godsdienstig-staatkundig dagblad; 09-03-1948]
{{References}}
===Voetnoten===
{{References|group=noten}}
}}