Beleg van Maastricht (1407-1408): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 30:
 
== Het beleg ==
Op 24 november 1407 sloegen burgermilities uit [[Luik (stad)|Luik]], [[Hoei]], [[Dinant]] en [[Hasselt (België)|Hasselt]] het beleg om Maastricht. Volgens sommige bronnen had de belegeringsmacht een omvang van meer dan 100.000 man met veel [[artillerie]] die een ware bommenregen op de stad deed neerkomen en grote schade aanrichtte, maar desondanks weinig slachtoffers maakte. Vanwege de strenge winter met hevige sneeuwval moesten de Luikenaren het beleg op 7 januari 1408 opbreken en trokken ze zich over de bevroren [[Maas]] terug.<ref name="Jaspar41" /> Jan van Beieren sloeg keihard terug en met behulp van de Maastrichtenaren strafte hij onder andere de plaatsen [[Tongeren (stad)|Tongeren]], [[Bilzen]], [[Herderen]] en [[WonckWonk]] af. Laatstgenoemd dorp werd op 23 maart geheel uitgemoord en platgebrand, waarbij de Maastrichtenaren volgens de overlevering ook de kerk met daarin gevluchte dorpelingen in brand zouden hebben gestoken.<ref name="Flament">Flament, p.41.</ref>
 
Terwijl de bisschop nog met zijn strafexpeditie bezig was, sloegen de Luikenaren op 31 mei 1408 opnieuw het beleg om Maastricht. Een dag later voegde zich een volksleger uit [[graafschap Loon|Loon]] bij de belegeraars. De stad was te omvangrijk om geheel te omsluiten. Het leger van [[Hasselt (België)|Hasselt]] en Loon bezette de [[Dousberg]] en controleerde daarmee het westelijk stadsdeel. Het zuidelijk gebied tussen [[Maas]] en [[Jeker]] werd bezet door de legers van [[Hoei]], [[Dinant]] en andere plaatsen tussen Maas en [[Samber]]. De stedelingen uit Luik omsloten het oostelijk stadsdeel [[Wyck]].<ref name="Ubachs/Evers">Ubachs/Evers (2005), pp.60-61, 'beleg, 1407-1408'.</ref>