Stavudine: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
JörgenMoorlag (overleg | bijdragen)
k lf
Regel 9:
De belangrijkste bijwerking is (sensorische) [[polyneuropathie]] naast onder meer [[pancreatitis]], buikklachten, hoofdpijn, [[lipodystrofie]] of de ernstige maar weinig voorkomende [[lactaatacidose]]. De bijwerkingen van stavudine en andere NRTI's overlappen met de klachten en symptomen die worden gezien bij een aantal erfelijke [[mitochondrion|mitochondriale]] ziekten<ref>Brinkman K, ter Hofstede HJ, Burger DM, Smeitink JA, Koopmans PP. Adverse effects of reverse transcriptase inhibitors: mitochondrial toxicity as common pathway. AIDS 1998;12:1735-44</ref>. De oorzaak hiervoor ligt in onvoldoende specificiteit voor de virale enzymen waardoor ook bijvoorbeeld het lichaamseigen mitochondriaal [[DNA polymerase| DNA polymerase γ]] wordt geremd.
 
De [[Wereldgezondheidsorganisatie]] raadt gebruik van Stavudine af vanwege het onomkeerbare karakter van enkele bijwerkingen. Ook stelt zij dat Zidovudine en [[Tenofovir disproxil]] even effectief zijn, maar minder bijwerkingen kennen<ref>[http://www.telegraaf.nl/buitenland/5450411/___Eerder_gebruik_hiv-pillen___.html WHO wil eerder gebruik hiv-medicijnen], AD.nl, 30 november 2009</ref>
 
== Samenstelling ==