Asian Development Bank: verschil tussen versies

Sinds de oprichting in 1966 bestrijdt ADB de armoede in Azië. Volgens de bank leven in 2014 nog 1,4 miljard mensen in de regio in armoede, iedereen met een inkomen van minder dan twee dollar per dag, en hebben onvoldoende toegang tot essentieleessentiële goederen als schoon drinkwater en diensten zoals gezondheidszorg.<ref>{{en}} ADB [http://www.adb.org/about/main About ADB], geraadpleegd op 1 juli 2015</ref> De bank ondersteunt projection in de regio met leningen, aandelenkapitaal en kennis. De bank telt zo'n 3000 medewerkers.

Bij de oprichting in 1966 had de UNESCAP 31 leden. De ADB heeft nu 67 leden, waarvan 48 uit Azië en de Stille Oceaan en 19 buiten de regio.<ref>[http://www.adb.org/about/members Members]. Asian Development Bank, geraadpleegd 31 juli 2012</ref> De ADB -organisatie is gebaseerd op de [[Wereldbank]], en heeft een soortgelijk systeem van gewogen stemmen, waar stemmen worden verdeeld in verhouding tot het kapitaal dat de lidstaat bijdraagt. In de onderstaande tabel zijn de vijf grootste leden opgenomen per 31 december 2014.<ref>{{en}} ADB [http://www.adb.org/sites/default/files/institutional-document/158032/oi-appendix1.pdf Members, Capital Stock, and Voting Power], geraadpleegd op 1 juli 2015</ref>

De topman van de bank is sinds de oprichting altijd een japannerJapanner geweest. De huidgehuidige president is Takehiko Nakao.

Zevenentwintig27 leden hebben ADB kapitaal verstrekt, maar geen geld ontvangen van de ontwikkelingsbank. Deze hebben ongeveer twee derde van het kapitaal bijeengebracht. De andere 40 leden kunnen wel aanspraak maken op hulp van de bank.

Per jaareinde 2014 had het ADB zich gecommitteerd voor een bedrag van 165 miljard dollar. Dit is de som van geld dat daadwerkelijk ter beschikking is gesteld, circa 80 miljard, en zeer concrete afspraken voor toekomstige financiering. De landen die het meest profiterengebruikmaken van de ADB zijn India en China, beiden hebben elk meer dan 30 miljard dollar aan leningen en concrete toezeggingen, gevolgd door [[Indonesië]] en [[Pakistan]].