Nederlandse adel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Haagschebluf (overleg | bijdragen)
corr interne link Prisse
Haagschebluf (overleg | bijdragen)
zeldzaam moet zijn zelden
Regel 91:
Het enige (zichtbare) voorrecht dat de Nederlandse adel nog kent is een adellijk distinctief (titel of predicaat). Niet getitelde Nederlandse adel heeft recht op het [[Predicaat (titel)|predicaat]] [[jonkheer|jonkheer of jonkvrouw]].
Getitelde adel heeft recht op de titels [[Ridder (titel)|ridder]], [[Baron (titel)|baron/barones]], [[Burggraaf|burggraaf/burggravin]], [[Graaf (titel)|graaf/gravin]], [[Markgraaf|markies/markiezin]], [[Hertog|hertog/hertogin]] of [[Prins|prins/prinses]], al naar gelang welke titel is verleend, erkend of [[Homologatie (adel)|gehomologeerd]]. Van de riddertitel bestaat in Nederland geen vrouwelijk equivalent. Titels worden op vergelijkbare manier verkregen als verkrijging van adeldom. Er bestaan:
*Erkenning van titels die al vóór 1795 door leden van de geadelde geslachten werden gevoerd. Erkenning komt nog zeldzaamzelden voor: in de jaren 1990–2009 heeft erkenning plaatsgevonden van de titel van baron voor leden van de geslachten [[Van Coeverden]] en erkenning met de titel van baron voor leden van het geslacht [[Van Lawick]].
* [[Homologatie (adel)|Homologatie]] van titels vindt plaats wanneer in het verleden buitenlandse titels zijn toegekend en gaat dus normaliter gepaard met inlijving in de Nederlandse adel.
*Verlening van titels gebeurt wanneer voorheen door leden van geadelde geslachten die titels niet gevoerd werden en is dus vergelijkbaar met de verheffing in de adeldom. In de Noordelijke Nederlanden werden alleen de titels van graaf, baron en ridder verleend. Titelverlening gebeurde aanvankelijk slechts bij eerstgeboorte; pas later vonden enkele titelverleningen plaats met recht op overgang op alle afstammelingen.