Ster-driehoekschakelaar: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→Werking: Verb. |
→Werking: Aanv. |
||
Regel 9:
De uiteinden van de drie wikkelingen bevinden zich in het aansluitkastje van de motor, en zijn daar in dit geval niet onderling verbonden. De ster-driehoekschakelaar zorgt voor de juiste doorverbinding ervan, zowel voor de ster- als voor driehoekstand. Hiervoor gebruikt men veelal een [[nokkenschakelaar]], of een walsschakelaar: dit laatste type is voorzien van een handwiel, en heeft verende contactvingers en een schakelwals met contactstroken.
Behalve met handbediende schakelaars kan de motor ook worden aangestuurd door middel van (terugverende) drukknoppen in combinatie met drie magneetschakelaars. Bij drukknopbediening is het mogelijk het schakelproces automatisch te laten verlopen. De hoofdcontacten van de magneetschakelaars bevinden zich in het hoofdstroomcircuit en schakelen rechtstreeks de aangesloten motor. De drukknoppen en de hulpcontacten van de magneetschakelaars zijn aangesloten in het stuurstroomcircuit. De diverse contacten in dit hulpstroomcircuit sturen het schakelproces, en bewerkstelligen ondermeer het opkomen en afvallen van de verschillende magneetschakelaars
== Doorschakelen ==
|