Diocletianus: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 45:
Na zijn verheffing tot keizer werden in plaats van Carinus en Numerianus, Diocletianus en [[Lucius Caesonius Bassus]]<ref>Zijn volledige naam was L. Caesonius Ovinius Manlius Rufinianus Bassus.</ref> tot [[consul (Rome)|consul]]s benoemd en namen zij de ''[[fasces]]'' ter hand.<ref>{{aut|Barnes}}, ''Constantine and Eusebius'', blz. 5; {{aut|Bowman}}, "Diocletian and the First Tetrarchy" (CAH), blz. 69; {{aut|Potter}}, blz. 280; {{aut|Southern}}, blz. 134.</ref> Bassus was een lid van een [[Senaat (Rome)|senatoriale]] familie uit [[Campania]], een voormalig consul en proconsul in de senatoriale provincie [[Africa (Romeinse provincie)|Africa]], die door Probus was uitverkozen vanwege zijn voornaamheid.<ref name=BNSCE5>{{aut|Barnes}}, ''Constantine and Eusebius'', blz. 5.</ref> Hij was bedreven op terreinen van het regerinsgbeleid, waarin Diocletianus vermoedelijk nog geen ervaring had opgedaan.<ref name=P280/> Diocletianus' verheffing van Bassus tot consul symboliseerde zijn verwerping van Carinus' regering in Rome en zijn weigering om tweede viool in het orkest van een andere keizer te spelen,<ref name=BNSCE5/> ook gaf het zijn bereidheid aan om de al lang bestaande samenwerking tussen de senaat en de militaire aristocratie van het rijk voort te zetten.<ref name=P280/> Hij verbond zo ook zijn succes aan dat van de Senaat, wiens steun hij nog nodig zou hebben als hij zou besluiten een mars op Rome te ondernemen.<ref name=BNSCE5/>
 
Diocletianus was niet de enige uitdager van Carinus' regering: de [[usurpator]] [[SabinusJulianus IulianusI|M. Aurelius Julianus]], Carinus' ''corrector Venetiae'', trok na de troonsbestijging van Diocletianus de controle over Noord-[[Italië]] en [[Pannonië|Pannonia]] naar zich toe.<ref>{{aut|Barnes}}, ''Constantine and Eusebius'', blz. 5; {{aut|Bowman}}, "Diocletian and the First Tetrarchy" (CAH), blz. 69; {{aut|Leadbetter}}, "Carinus"; {{aut|Southern}}, blz. 134-35; {{aut|Williams}}, blz. 38. zie ook {{aut|Banchich}}.</ref> Julianus liet eigen munten slaan in de munt van Siscia (het huidige [[Sisak (Kroatië)|Sisak]] in Kroatië). Hij liet zich tot keizer uitroepen en beloofde vrijheid. Het was allemaal goede publiciteit voor Diocletianus, en het hielp hem in zijn afbeelden van Carinus als een wrede en onderdrukkende tiran.<ref>{{aut|Southern}}, blz. 134-5.; {{aut|Williams}}, blz. 38.</ref> Julianus' strijdkrachten waren echter zwak, en werden al snel uiteen geslagen toen Carinus' legers van [[Britannia (Romeinse provincie)|Britannia]] naar Noord-Italia trokken.
 
Als leider van het verenigde Oostelijk-Romeinse Rijk, was Diocletianus duidelijk de grotere bedreiging.<ref>{{aut|Barnes}}, ''Constantine and Eusebius'', blz. 5; {{aut|Bowman}}, "Diocletian and the First Tetrarchy" (CAH), blz. 69; {{aut|Leadbetter}}, "Carinus".</ref> In de winter van 284-85 trok Diocletianus via de [[Balkan (schiereiland)|Balkan]] op naar het westen. In het voorjaar van 285, en wel voor het einde van mei,<ref>{{aut|Bowman}}, "Diocletian and the First Tetrarchy" (CAH), blz. 69; {{aut|Potter}}, blz. 280.</ref> ontmoetten de legers van Diocletianus en Carinus elkaar bij de rivier de Margus ([[Moravië (regio)|Morava]]) in [[Moesia]]. In moderne vertellingen is de plaats van de slag gelokaliseerd tussen de Mons Aureus (Seone, ten westen van [[Smederevo]]) en [[Viminacium]],<ref name="BNSCE5" /> in de buurt van het moderne [[Belgrado]] in [[Servië]].<ref>{{aut|Barnes}}, ''Constantine and Eusebius'', blz. 5; {{aut|Odahl}}, blz. 40; {{aut|Southern}}, blz. 135.</ref>