Zuur-basereactie: verschil tussen versies

NietAflopende of niet-evenwichtsreacties treden op als het zuur of de base sterker is dan het oplosmiddel; in de praktijkmeeste opgevallen alsis uitgegaandat wordtwater. vanAls zoweleen base een sterkere base is dan het hydroxide-ion <math>\mathrm{OH^-}</math> in water dan noemen we de base sterk. zuurAls alseen zuur een sterkesterker basezuur is dan het hydronium-ion <math>\mathrm{H_3O^+}</math> in water dan noemen we het zuur sterk. Een voorbeeld van een dergelijke zuur-basereactie is de reactie tussen [[waterstofchloride]] en [[natriumhydroxide]], waarbij [[water]] en [[natriumchloride]] ontstaan:

Deze reactie is praktisch aflopend in water, omdat de terugreactie vrijwel onmogelijk is:. deEen beideopgelost beginstoffenNatriumion zijnen immerseen zeerChloride-ion sterkkunnen engeen <math>\mathrm{OH^-}</math> of <math>\mathrm{H^+}</math> van water afnemen. Dus de [[hydrolyse]] van [[natriumchloride]] is dus onmogelijk.

[[Evenwichtsreactie]]s treden op wanneer er wordt uitgegaan van [[zwak zuur|zwakke zuren]] en [[zwakke base|basen]]. Een voorbeeld is de reactie van [[azijnzuur]] en [[ammonia]]. Als een base een zwakkere base is dan het hydroxide-ion <math>\mathrm{OH^-}</math> in water dan noemen we de base zwak. Als een zuur een zwakker zuur is dan het hydronium-ion <math>\mathrm{H_3O^+}</math> in water dan noemen we het zuur zwak. Omdat beide stoffen slechts gedeeltelijk gedissocieerd zijn in water, zal er een [[Chemisch evenwicht|evenwicht]] optreden tussen beiden:

Een speciaal geval wordt gevormd door de verdringingsreacties, waarbij een sterk zuur of base een zwakkere uit zijn verbindingen verdrijft. Voorbeelden zijn:

:<math>\mathrm{CaCO_3\ +\ 2\ HCl\ \longrightarrow\ CaCl_2\ +\ CO_2 (g)\ +\ H_2O}</math>

:<math>\mathrm{NH_4Cl\ +\ NaOHH_2CO_3\ \longrightarrow\ NaCl\ +CO_2\ NH_3 +\ H_2O}</math>