26.096
bewerkingen
k (Wijzigingen door 2A02:1811:CD24:A100:DCD8:E06B:CC18:9E0A (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Bertrand77) |
(→Jodendom: rechtsmacht) |
||
De [[Jodendom|joodse]] gemeente kent de ban als '''cherem'''. Deze strafmaatregel tegen weerspannige of opstandige leden gaat terug tot de Tannaïtische periode of eerder, de tijd van het ontstaan van de [[Misjna]] in de eerste en tweede eeuw. Voor de wijzen van de Misjna ging de cherem (of eigenlijk de ''nidoei'') fungeren als een vorm van uitstoting. Iemand die een overtreding tegen de wet pleegde werd ''menoede'' ofwel 'onrein' verklaard. Zo iemand werd geïsoleerd van de gemeenschap en met verachting bejegend. Mogelijk was er een nog specifiekere nidoei, een soort uitstoting uit de gelederen van de Farizeeën of schriftgeleerden. In de loop der tijd werd de cherem als een strengere straf dan de nidoei beschouwd.
Een historisch voorbeeld hiervan is de cherem die op 27 juli [[1656]] werd uitgesproken over [[Baruch Spinoza]] door de [[Sefardische Joden|Sephardische gemeente]] van Amsterdam. Door de
== Zie ook ==
|
bewerkingen